Taalgids

nl Bijvoeglijke naamwoorden 2   »   am መግለጫዎች 2

79 [negenenzeventig]

Bijvoeglijke naamwoorden 2

Bijvoeglijke naamwoorden 2

79 [ሰባ ዘጠኝ]

79 [ሰባ ዘጠኝ]

መግለጫዎች 2

[ቅፅል 2]

Kies hoe u de vertaling wilt zien:   
Nederlands Amharisch Geluid meer
Ik heb een blauwe jurk aan. ስ--ዊ--ሚ- -ብሻለ-። ስ--- ቀ-- ለ----- ስ-ያ- ቀ-ስ ለ-ሻ-ው- --------------- ስማያዊ ቀሚስ ለብሻለው። 0
ቅ---2 ቅ-- 2 ቅ-ል 2 ----- ቅፅል 2
Ik heb een rode jurk aan. ቀይ-ቀሚስ---ሻለ-። ቀ- ቀ-- ለ----- ቀ- ቀ-ስ ለ-ሻ-ው- ------------- ቀይ ቀሚስ ለብሻለው። 0
ስ-ያ---ሚ-----ለ-። ስ--- ቀ-- ለ----- ስ-ያ- ቀ-ስ ለ-ሻ-ው- --------------- ስማያዊ ቀሚስ ለብሻለው።
Ik heb een groene jurk aan. አ-ንጋዴ-ቀሚ- ለ----። አ---- ቀ-- ለ----- አ-ን-ዴ ቀ-ስ ለ-ሻ-ው- ---------------- አረንጋዴ ቀሚስ ለብሻለው። 0
ስማ-ዊ ቀ-- --ሻለ-። ስ--- ቀ-- ለ----- ስ-ያ- ቀ-ስ ለ-ሻ-ው- --------------- ስማያዊ ቀሚስ ለብሻለው።
Ik koop een zwarte tas. ጥ-ር ቦ-ሳ-እ-ገዛው ነኝ። ጥ-- ቦ-- እ---- ነ-- ጥ-ር ቦ-ሳ እ-ገ-ው ነ-። ----------------- ጥቁር ቦርሳ እየገዛው ነኝ። 0
ቀይ ቀሚስ -ብ-ለ-። ቀ- ቀ-- ለ----- ቀ- ቀ-ስ ለ-ሻ-ው- ------------- ቀይ ቀሚስ ለብሻለው።
Ik koop een bruine tas. ቡ--ቦ-- እየ--ው-ነኝ። ቡ- ቦ-- እ---- ነ-- ቡ- ቦ-ሳ እ-ገ-ው ነ-። ---------------- ቡኒ ቦርሳ እየገዛው ነኝ። 0
ቀይ--ሚስ-ለ-ሻለ-። ቀ- ቀ-- ለ----- ቀ- ቀ-ስ ለ-ሻ-ው- ------------- ቀይ ቀሚስ ለብሻለው።
Ik koop een witte tas. ነ--ቦ-- እየገዛ- --። ነ- ቦ-- እ---- ነ-- ነ- ቦ-ሳ እ-ገ-ው ነ-። ---------------- ነጭ ቦርሳ እየገዛው ነኝ። 0
አ-ን-ዴ --ስ -ብሻ-ው። አ---- ቀ-- ለ----- አ-ን-ዴ ቀ-ስ ለ-ሻ-ው- ---------------- አረንጋዴ ቀሚስ ለብሻለው።
Ik heb een nieuwe auto nodig. አ-ስ-መኪና--ስ-ልገኛ-። አ-- መ-- ያ------- አ-ስ መ-ና ያ-ፈ-ገ-ል- ---------------- አዲስ መኪና ያስፈልገኛል። 0
አ-ን-- ቀ-- --ሻለው። አ---- ቀ-- ለ----- አ-ን-ዴ ቀ-ስ ለ-ሻ-ው- ---------------- አረንጋዴ ቀሚስ ለብሻለው።
Ik heb een snelle auto nodig. ፈ-ን --ና-ያስ-ልገኛል። ፈ-- መ-- ያ------- ፈ-ን መ-ና ያ-ፈ-ገ-ል- ---------------- ፈጣን መኪና ያስፈልገኛል። 0
ጥቁ- -ር--እየገዛ- ነ-። ጥ-- ቦ-- እ---- ነ-- ጥ-ር ቦ-ሳ እ-ገ-ው ነ-። ----------------- ጥቁር ቦርሳ እየገዛው ነኝ።
Ik heb een comfortabele auto nodig. ም--መ-ና -ስፈ-ገኛል። ም- መ-- ያ------- ም- መ-ና ያ-ፈ-ገ-ል- --------------- ምቹ መኪና ያስፈልገኛል። 0
ጥቁ- ቦ---እ-ገ-ው --። ጥ-- ቦ-- እ---- ነ-- ጥ-ር ቦ-ሳ እ-ገ-ው ነ-። ----------------- ጥቁር ቦርሳ እየገዛው ነኝ።
Daar boven woont een oude vrouw. ትል- ሴ--ከ-ይ-ት--ለች። ት-- ሴ- ከ-- ት----- ት-ቅ ሴ- ከ-ይ ት-ራ-ች- ----------------- ትልቅ ሴት ከላይ ትኖራለች። 0
ቡኒ --ሳ --ገ-ው--ኝ። ቡ- ቦ-- እ---- ነ-- ቡ- ቦ-ሳ እ-ገ-ው ነ-። ---------------- ቡኒ ቦርሳ እየገዛው ነኝ።
Daar boven woont een dikke vrouw. ወፍ---ሴት ከ-ይ ት-ራ-ች። ወ--- ሴ- ከ-- ት----- ወ-ራ- ሴ- ከ-ይ ት-ራ-ች- ------------------ ወፍራም ሴት ከላይ ትኖራለች። 0
ቡ--ቦ-ሳ -የ--ው---። ቡ- ቦ-- እ---- ነ-- ቡ- ቦ-ሳ እ-ገ-ው ነ-። ---------------- ቡኒ ቦርሳ እየገዛው ነኝ።
Daar beneden woont een nieuwsgierige vrouw. ጉ--ሴት-ከላይ-ት--ለች። ጉ- ሴ- ከ-- ት----- ጉ- ሴ- ከ-ይ ት-ራ-ች- ---------------- ጉጉ ሴት ከላይ ትኖራለች። 0
ነ---ር------ው--ኝ። ነ- ቦ-- እ---- ነ-- ነ- ቦ-ሳ እ-ገ-ው ነ-። ---------------- ነጭ ቦርሳ እየገዛው ነኝ።
Onze gasten waren aardige mensen. እን---ችን -ሩ-ሰ-ች ነ--። እ------ ጥ- ሰ-- ነ--- እ-ግ-ቻ-ን ጥ- ሰ-ች ነ-ሩ- ------------------- እንግዶቻችን ጥሩ ሰዎች ነበሩ። 0
ነ--ቦ-- -የገ---ነ-። ነ- ቦ-- እ---- ነ-- ነ- ቦ-ሳ እ-ገ-ው ነ-። ---------------- ነጭ ቦርሳ እየገዛው ነኝ።
Onze gasten waren beleefde mensen. እ--ዶ--- ት-- ------ሩ። እ------ ት-- ሰ-- ነ--- እ-ግ-ቻ-ን ት-ት ሰ-ች ነ-ሩ- -------------------- እንግዶቻችን ትሁት ሰዎች ነበሩ። 0
አዲስ-መ-ና-ያ-ፈልገ--። አ-- መ-- ያ------- አ-ስ መ-ና ያ-ፈ-ገ-ል- ---------------- አዲስ መኪና ያስፈልገኛል።
Onze gasten waren interessante mensen. እንግዶ--ን ----- --- ---። እ------ አ---- ሰ-- ነ--- እ-ግ-ቻ-ን አ-ደ-ች ሰ-ች ነ-ሩ- ---------------------- እንግዶቻችን አስደሳች ሰዎች ነበሩ። 0
አ-ስ --ና----ልገኛ-። አ-- መ-- ያ------- አ-ስ መ-ና ያ-ፈ-ገ-ል- ---------------- አዲስ መኪና ያስፈልገኛል።
Ik heb lieve kinderen. ፍቅር---ኑ-------ኝ ፍ-- የ-- ል-- አ-- ፍ-ር የ-ኑ ል-ች አ-ኝ --------------- ፍቅር የሆኑ ልጆች አሉኝ 0
ፈ-- ----ያስፈል---። ፈ-- መ-- ያ------- ፈ-ን መ-ና ያ-ፈ-ገ-ል- ---------------- ፈጣን መኪና ያስፈልገኛል።
Maar de buren hebben brutale kinderen. ግን ጎረ-ቶቼ --ቸጋሪ---- አ--ው ግ- ጎ---- አ---- ል-- አ--- ግ- ጎ-ቤ-ቼ አ-ቸ-ሪ ል-ች አ-ቸ- ----------------------- ግን ጎረቤቶቼ አስቸጋሪ ልጆች አላቸው 0
ፈጣ--መ----ስ-ል---። ፈ-- መ-- ያ------- ፈ-ን መ-ና ያ-ፈ-ገ-ል- ---------------- ፈጣን መኪና ያስፈልገኛል።
Zijn uw kinderen braaf? የእ-ን- --ች--- ---? የ---- ል-- ጨ- ና--- የ-ና-ተ ል-ች ጨ- ና-ው- ----------------- የእናንተ ልጆች ጨዋ ናቸው? 0
ም----ና -ስ-----። ም- መ-- ያ------- ም- መ-ና ያ-ፈ-ገ-ል- --------------- ምቹ መኪና ያስፈልገኛል።

Eén taal, vele variëteiten

Zelfs als we maar één taal spreken, kunnen wij vele talen spreken. Omdat geen taal een gesloten systeem is. In elke taal zullen vele verschillende dimensies tonen. De taal is een levende constructie. Sprekers oriënteren zich altijd aan hun gesprekpartners. Daarom variëren de mensen de taal die ze spreken. Deze variëteiten verschijnen in verschillende vormen. Elke taal heeft bijvoorbeeld een voorgeschiedenis. Het is veranderd en het zal verder veranderen. Dat ouderen anders spreken dan jongeren kan hieraan worden herkend. Ook zijn er in de meeste talen verschillende dialecten. Vele dialectsprekers kunnen echter hun omgeving aanpassen. In bepaalde situaties spreken ze de standaardtaal. Verschillende sociale groepen hebben andere talen. De jeugdtaal of de taaljagers zijn hiervan voorbeelden. Op het werk spreken de meeste mensen anders dan thuis. Velen gebruiken op het werk ook een vaktaal. Verschillen zijn er in de mondelinge en de geschreven taal. De gesproken taal is meestal veel eenvoudiger dan de geschreven taal. Dit verschil kan zeer groot zijn. Dit is het geval wanneer geschreven talen voor lange tijd niet veranderd is. Sprekers moeten dan eerst leren om de taal schriftelijk te gebruiken. Vaak is de taal voor mannen en vrouwen ook verschillend. In de westerse samenlevingen is dit verschil niet erg groot. Maar er zijn landen waar vrouwen anders praten dan mannen. In sommige culturen heeft de beleefdheid zijn eigen taalvormen. Spreken is dus helemaal niet zo gemakkelijk! We moeten daarbij aan vele verschillende dingen tegelijkertijd aandacht schenken...