Taalgids

nl Bijvoeglijke naamwoorden 2   »   ko 형용사 2

79 [negenenzeventig]

Bijvoeglijke naamwoorden 2

Bijvoeglijke naamwoorden 2

79 [일흔아홉]

79 [ilheun-ahob]

형용사 2

[hyeong-yongsa 2]

Kies hoe u de vertaling wilt zien:   
Nederlands Koreaans Geluid meer
Ik heb een blauwe jurk aan. 저는 파-- 원--- 입- 있--. 저는 파란색 원피스를 입고 있어요. 0
j------ p-------- w----------- i--- i---e---. je----- p-------- w----------- i--- i-------. jeoneun palansaeg wonpiseuleul ibgo iss-eoyo. j-o-e-n p-l-n-a-g w-n-i-e-l-u- i-g- i-s-e-y-. --------------------------------------------.
Ik heb een rode jurk aan. 저는 빨-- 원--- 입- 있--. 저는 빨간색 원피스를 입고 있어요. 0
j------ p---------- w----------- i--- i---e---. je----- p---------- w----------- i--- i-------. jeoneun ppalgansaeg wonpiseuleul ibgo iss-eoyo. j-o-e-n p-a-g-n-a-g w-n-i-e-l-u- i-g- i-s-e-y-. ----------------------------------------------.
Ik heb een groene jurk aan. 저는 초-- 원--- 입- 있--. 저는 초록색 원피스를 입고 있어요. 0
j------ c--------- w----------- i--- i---e---. je----- c--------- w----------- i--- i-------. jeoneun chologsaeg wonpiseuleul ibgo iss-eoyo. j-o-e-n c-o-o-s-e- w-n-i-e-l-u- i-g- i-s-e-y-. ---------------------------------------------.
Ik koop een zwarte tas. 저는 검-- 가-- 사- 있--. 저는 검은색 가방을 사고 있어요. 0
j------ g----e------ g------e-- s--- i---e---. je----- g----------- g--------- s--- i-------. jeoneun geom-eunsaeg gabang-eul sago iss-eoyo. j-o-e-n g-o--e-n-a-g g-b-n--e-l s-g- i-s-e-y-. ---------------------------------------------.
Ik koop een bruine tas. 저는 갈- 가-- 사- 있--. 저는 갈색 가방을 사고 있어요. 0
j------ g------ g------e-- s--- i---e---. je----- g------ g--------- s--- i-------. jeoneun galsaeg gabang-eul sago iss-eoyo. j-o-e-n g-l-a-g g-b-n--e-l s-g- i-s-e-y-. ----------------------------------------.
Ik koop een witte tas. 저는 하-- 가-- 사- 있--. 저는 하얀색 가방을 사고 있어요. 0
j------ h-------- g------e-- s--- i---e---. je----- h-------- g--------- s--- i-------. jeoneun hayansaeg gabang-eul sago iss-eoyo. j-o-e-n h-y-n-a-g g-b-n--e-l s-g- i-s-e-y-. ------------------------------------------.
Ik heb een nieuwe auto nodig. 저는 새 차- 필---. 저는 새 차가 필요해요. 0
j------ s-- c---- p---y------. je----- s-- c---- p----------. jeoneun sae chaga pil-yohaeyo. j-o-e-n s-e c-a-a p-l-y-h-e-o. -----------------------------.
Ik heb een snelle auto nodig. 저는 빠- 차- 필---. 저는 빠른 차가 필요해요. 0
j------ p------ c---- p---y------. je----- p------ c---- p----------. jeoneun ppaleun chaga pil-yohaeyo. j-o-e-n p-a-e-n c-a-a p-l-y-h-e-o. ---------------------------------.
Ik heb een comfortabele auto nodig. 저는 편- 차- 필---. 저는 편한 차가 필요해요. 0
j------ p------- c---- p---y------. je----- p------- c---- p----------. jeoneun pyeonhan chaga pil-yohaeyo. j-o-e-n p-e-n-a- c-a-a p-l-y-h-e-o. ----------------------------------.
Daar boven woont een oude vrouw. 나이- 여-- 위- 살--. 나이든 여인이 위에 살아요. 0
n------ y-----i w-- s---a--. na----- y------ w-- s------. naideun yeoin-i wie sal-ayo. n-i-e-n y-o-n-i w-e s-l-a-o. ---------------------------.
Daar boven woont een dikke vrouw. 뚱뚱- 여-- 위- 살--. 뚱뚱한 여인이 위에 살아요. 0
t------------ y-----i w-- s---a--. tt----------- y------ w-- s------. ttungttunghan yeoin-i wie sal-ayo. t-u-g-t-n-h-n y-o-n-i w-e s-l-a-o. ---------------------------------.
Daar beneden woont een nieuwsgierige vrouw. 호기- 많- 여-- 밑- 살--. 호기심 많은 여인이 밑에 살아요. 0
h------ m----e-- y-----i m---e s---a--. ho----- m------- y------ m---- s------. hogisim manh-eun yeoin-i mit-e sal-ayo. h-g-s-m m-n--e-n y-o-n-i m-t-e s-l-a-o. --------------------------------------.
Onze gasten waren aardige mensen. 저희 손--- 좋- 사------. 저희 손님들은 좋은 사람들이었어요. 0
j----- s----------e-- j---e-- s---------i-----e---. je---- s------------- j------ s-------------------. jeohui sonnimdeul-eun joh-eun salamdeul-ieoss-eoyo. j-o-u- s-n-i-d-u--e-n j-h-e-n s-l-m-e-l-i-o-s-e-y-. --------------------------------------------------.
Onze gasten waren beleefde mensen. 저희 손--- 친-- 사------. 저희 손님들은 친절한 사람들이었어요. 0
j----- s----------e-- c---------- s---------i-----e---. je---- s------------- c---------- s-------------------. jeohui sonnimdeul-eun chinjeolhan salamdeul-ieoss-eoyo. j-o-u- s-n-i-d-u--e-n c-i-j-o-h-n s-l-m-e-l-i-o-s-e-y-. ------------------------------------------------------.
Onze gasten waren interessante mensen. 저희 손--- 흥--- 사------. 저희 손님들은 흥미로운 사람들이었어요. 0
j----- s----------e-- h---------- s---------i-----e---. je---- s------------- h---------- s-------------------. jeohui sonnimdeul-eun heungmiloun salamdeul-ieoss-eoyo. j-o-u- s-n-i-d-u--e-n h-u-g-i-o-n s-l-m-e-l-i-o-s-e-y-. ------------------------------------------------------.
Ik heb lieve kinderen. 저는 사---- 아--- 있--. 저는 사랑스러운 아이들이 있어요. 0
j------ s------------- a------i i---e---. je----- s------------- a------- i-------. jeoneun salangseuleoun aideul-i iss-eoyo. j-o-e-n s-l-n-s-u-e-u- a-d-u--i i-s-e-y-. ----------------------------------------.
Maar de buren hebben brutale kinderen. 하지- 이--- 건-- 아--- 있--. 하지만 이웃들은 건방진 아이들이 있어요. 0
h------ i-------e-- g---------- a------i i---e---. ha----- i---------- g---------- a------- i-------. hajiman iusdeul-eun geonbangjin aideul-i iss-eoyo. h-j-m-n i-s-e-l-e-n g-o-b-n-j-n a-d-u--i i-s-e-y-. -------------------------------------------------.
Zijn uw kinderen braaf? 당신- 아--- 얌---? 당신의 아이들은 얌전해요? 0
d-------u- a------e-- y-----------? da-------- a--------- y-----------? dangsin-ui aideul-eun yamjeonhaeyo? d-n-s-n-u- a-d-u--e-n y-m-e-n-a-y-? ----------------------------------?

Eén taal, vele variëteiten

Zelfs als we maar één taal spreken, kunnen wij vele talen spreken. Omdat geen taal een gesloten systeem is. In elke taal zullen vele verschillende dimensies tonen. De taal is een levende constructie. Sprekers oriënteren zich altijd aan hun gesprekpartners. Daarom variëren de mensen de taal die ze spreken. Deze variëteiten verschijnen in verschillende vormen. Elke taal heeft bijvoorbeeld een voorgeschiedenis. Het is veranderd en het zal verder veranderen. Dat ouderen anders spreken dan jongeren kan hieraan worden herkend. Ook zijn er in de meeste talen verschillende dialecten. Vele dialectsprekers kunnen echter hun omgeving aanpassen. In bepaalde situaties spreken ze de standaardtaal. Verschillende sociale groepen hebben andere talen. De jeugdtaal of de taaljagers zijn hiervan voorbeelden. Op het werk spreken de meeste mensen anders dan thuis. Velen gebruiken op het werk ook een vaktaal. Verschillen zijn er in de mondelinge en de geschreven taal. De gesproken taal is meestal veel eenvoudiger dan de geschreven taal. Dit verschil kan zeer groot zijn. Dit is het geval wanneer geschreven talen voor lange tijd niet veranderd is. Sprekers moeten dan eerst leren om de taal schriftelijk te gebruiken. Vaak is de taal voor mannen en vrouwen ook verschillend. In de westerse samenlevingen is dit verschil niet erg groot. Maar er zijn landen waar vrouwen anders praten dan mannen. In sommige culturen heeft de beleefdheid zijn eigen taalvormen. Spreken is dus helemaal niet zo gemakkelijk! We moeten daarbij aan vele verschillende dingen tegelijkertijd aandacht schenken...