Taalgids

nl Vragen – Verleden tijd 2   »   hi प्रश्न – भूतकाल २

86 [zesentachtig]

Vragen – Verleden tijd 2

Vragen – Verleden tijd 2

८६ [छियासी]

86 [chhiyaasee]

प्रश्न – भूतकाल २

[prashn – bhootakaal 2]

Kies hoe u de vertaling wilt zien:   
Nederlands Hindi Geluid meer
Welke stropdas heb je gedragen? तु--े-क----ी --ई-पह----ै? त---- क-- स- ट-- प--- ह-- त-म-े क-न स- ट-ई प-न- ह-? ------------------------- तुमने कौन सी टाई पहनी है? 0
t-ma-e k-un se---aee pah-nee --i? t----- k--- s-- t--- p------ h--- t-m-n- k-u- s-e t-e- p-h-n-e h-i- --------------------------------- tumane kaun see taee pahanee hai?
Welke auto heb je gekocht? त-म-े क---सी -ा-------ी है? त---- क-- स- ग--- ख---- ह-- त-म-े क-न स- ग-ड़- ख-ी-ी ह-? --------------------------- तुमने कौन सी गाड़ी खरीदी है? 0
t---n---a---s-e-g-ade- khar-e--- -ai? t----- k--- s-- g----- k-------- h--- t-m-n- k-u- s-e g-a-e- k-a-e-d-e h-i- ------------------------------------- tumane kaun see gaadee khareedee hai?
Op welke krant ben je geabonneerd? त-मने---न--ा अ-बार --वाय---ु- ह-? त---- क-- स- अ---- ल----- ह-- ह-- त-म-े क-न स- अ-ब-र ल-व-य- ह-आ ह-? --------------------------------- तुमने कौन सा अखबार लगवाया हुआ है? 0
t----e ka-- sa-a--abaa--l--av-aya-hua-h--? t----- k--- s- a------- l-------- h-- h--- t-m-n- k-u- s- a-h-b-a- l-g-v-a-a h-a h-i- ------------------------------------------ tumane kaun sa akhabaar lagavaaya hua hai?
Wie heeft u gezien? आ--- --स----े-- था? आ--- क---- द--- थ-- आ-न- क-स-ो द-ख- थ-? ------------------- आपने किसको देखा था? 0
a---n- k-s--- ----- ---? a----- k----- d---- t--- a-p-n- k-s-k- d-k-a t-a- ------------------------ aapane kisako dekha tha?
Wie heeft u ontmoet? आ- कि-क----ल- थे? आ- क---- म--- थ-- आ- क-स-ो म-ल- थ-? ----------------- आप किसको मिले थे? 0
a-- --s--o -i-e--he? a-- k----- m--- t--- a-p k-s-k- m-l- t-e- -------------------- aap kisako mile the?
Wie heeft u herkend? आपन--क--क- ----न--है? आ--- क---- प----- ह-- आ-न- क-स-ो प-च-न- ह-? --------------------- आपने किसको पहचाना है? 0
a--an- -isa-o paha-h-----ha-? a----- k----- p--------- h--- a-p-n- k-s-k- p-h-c-a-n- h-i- ----------------------------- aapane kisako pahachaana hai?
Wanneer bent u opgestaan? आप क- उठ----ं? आ- क- उ-- ह--- आ- क- उ-े ह-ं- -------------- आप कब उठे हैं? 0
aap ----u-h---ain? a-- k-- u--- h---- a-p k-b u-h- h-i-? ------------------ aap kab uthe hain?
Wanneer bent u begonnen? आ--े क- आ-म-भ क-या-है? आ--- क- आ---- क--- ह-- आ-न- क- आ-म-भ क-य- ह-? ---------------------- आपने कब आरम्भ किया है? 0
a-p--- ka--a-ra----k-y- hai? a----- k-- a------ k--- h--- a-p-n- k-b a-r-m-h k-y- h-i- ---------------------------- aapane kab aarambh kiya hai?
Wanneer bent u opgehouden? आपन- -ब -त्- कि-- -ै? आ--- क- ख--- क--- ह-- आ-न- क- ख-्- क-य- ह-? --------------------- आपने कब खत्म किया है? 0
aa---- -----h----------ai? a----- k-- k---- k--- h--- a-p-n- k-b k-a-m k-y- h-i- -------------------------- aapane kab khatm kiya hai?
Waarom bent u wakker geworden? आप-ी---ं--क- -ु-- थी? आ--- न--- क- ख--- थ-- आ-क- न-ं- क- ख-ल- थ-? --------------------- आपकी नींद कब खुली थी? 0
aap-kee-neend---b khu----t--e? a------ n---- k-- k----- t---- a-p-k-e n-e-d k-b k-u-e- t-e-? ------------------------------ aapakee neend kab khulee thee?
Waarom bent u leraar geworden? आ- ----ष--क्य------ थे? आ- श----- क---- ब-- थ-- आ- श-क-ष- क-य-ं ब-े थ-? ----------------------- आप शिक्षक क्यों बने थे? 0
a-p s-ik--a----o- ban--the? a-- s------- k--- b--- t--- a-p s-i-s-a- k-o- b-n- t-e- --------------------------- aap shikshak kyon bane the?
Waarom heeft u een taxi genomen? आ-न- ट-क-----्--- -ी है? आ--- ट----- क---- ल- ह-- आ-न- ट-क-स- क-य-ं ल- ह-? ------------------------ आपने टैक्सी क्यों ली है? 0
a-pane-t-ik------on-lee -a-? a----- t------ k--- l-- h--- a-p-n- t-i-s-e k-o- l-e h-i- ---------------------------- aapane taiksee kyon lee hai?
Waar bent u vandaan gekomen? आप--हाँ स-----? आ- क--- स- आ--- आ- क-ा- स- आ-े- --------------- आप कहाँ से आये? 0
a--------n ----aye? a-- k----- s- a---- a-p k-h-a- s- a-y-? ------------------- aap kahaan se aaye?
Waar bent u naartoe gegaan? आप कहाँ-ग-- थ-? आ- क--- ग-- थ-- आ- क-ा- ग-े थ-? --------------- आप कहाँ गये थे? 0
aap --h--- gaye--h-? a-- k----- g--- t--- a-p k-h-a- g-y- t-e- -------------------- aap kahaan gaye the?
Waar bent u geweest? आ----ाँ --? आ- क--- थ-- आ- क-ा- थ-? ----------- आप कहाँ थे? 0
aa- -a-aa--th-? a-- k----- t--- a-p k-h-a- t-e- --------------- aap kahaan the?
Wie heb je geholpen? आप-े---स -ी मदद क- --? आ--- क-- क- म-- क- ह-- आ-न- क-स क- म-द क- ह-? ---------------------- आपने किस की मदद की है? 0
a----- -----------ad k-e ---? a----- k-- k-- m---- k-- h--- a-p-n- k-s k-e m-d-d k-e h-i- ----------------------------- aapane kis kee madad kee hai?
Wie heb je geschreven? आ--े कि- को---खा-ह-? आ--- क-- क- ल--- ह-- आ-न- क-स क- ल-ख- ह-? -------------------- आपने किस को लिखा है? 0
aa-ane kis ko l--h--h-i? a----- k-- k- l---- h--- a-p-n- k-s k- l-k-a h-i- ------------------------ aapane kis ko likha hai?
Wie heb je geantwoord? आ-ने--िस-को -त-त- --य--ह-? आ--- क-- क- उ---- द--- ह-- आ-न- क-स क- उ-्-र द-य- ह-? -------------------------- आपने किस को उत्तर दिया है? 0
a--a-- --s -- -tt-- di-- -ai? a----- k-- k- u---- d--- h--- a-p-n- k-s k- u-t-r d-y- h-i- ----------------------------- aapane kis ko uttar diya hai?

Tweetaligheid verbetert het horen

Mensen die twee talen spreken kunnen beter horen. Ze kunnen verschillende geluiden precies van elkaar onderscheiden. Dit het resultaat is uit een Amerikaans onderzoek gekomen. Onderzoekers hebben een aantal jongeren getest. Een deel van de testpersonen waren tweetalig. Deze jongeren spraken Engels en Spaans. Het andere deel sprak alleen Engels. De jongeren moesten naar een bepaalde lettergreep luisteren. Dat was de lettergreep "da". Ze behoorden tot geen van beide talen. De testpersonen konden de lettergrepen door een koptelefoon aanhoren. Daarbij werd hun hersenactiviteit met elektroden gemeten. Na deze test moesten de jongeren opnieuw naar de lettergreep luisteren. Deze keer werden echter veel storende geluiden gehoord. Het waren verschillende stemmen die zinnen zonder enige betekenis uitspraken. De tweetalige personen hadden een grote reactie op de lettergreep. Hun hersenen toonden een grote activiteit. Ze waren in staat om de lettergreep met en zonder geluid precies te herkennen. Bij de eentalige testpersonen gebeurde dat niet. Hun gehoor was niet zo goed als bij de tweetalige testpersonen. De onderzoekers waren verrast door het resultaat van het experiment. Tot nu toe was alleen bekend dat muzikanten een zeer goed gehoor hebben. Maar het lijkt erop dat tweetaligheid ook het gehoor traint. Tweetalige personen worden voortdurend met verschillende geluiden geconfronteerd. Daardoor moeten hun hersenen nieuwe vaardigheden te ontwikkelen. Het leert om de verschillende taalprikkels nauwkeurig te kunnen onderscheiden De onderzoekers zijn nu aan het testen hoe talen de hersenen kunnen beïnvloeden. Misschien profiteert het gehoor ook wel als ze talen gaan leren...