Woordenlijst

Tsjechisch – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/96586059.webp
ontslaan
De baas heeft hem ontslagen.
cms/verbs-webp/73880931.webp
schoonmaken
De werker maakt het raam schoon.
cms/verbs-webp/119952533.webp
smaken
Dit smaakt echt goed!
cms/verbs-webp/21689310.webp
aanspreken
Mijn leraar spreekt me vaak aan.
cms/verbs-webp/122290319.webp
opzij zetten
Ik wil elke maand wat geld opzij zetten voor later.
cms/verbs-webp/118011740.webp
bouwen
De kinderen bouwen een hoge toren.
cms/verbs-webp/106787202.webp
thuiskomen
Papa is eindelijk thuisgekomen!
cms/verbs-webp/1422019.webp
herhalen
Mijn papegaai kan mijn naam herhalen.
cms/verbs-webp/100585293.webp
omdraaien
Je moet hier de auto omdraaien.
cms/verbs-webp/91930542.webp
stoppen
De agente stopt de auto.
cms/verbs-webp/98060831.webp
uitgeven
De uitgever geeft deze tijdschriften uit.
cms/verbs-webp/113136810.webp
versturen
Dit pakket wordt binnenkort verstuurd.