bevatten
Vis, kaas en melk bevatten veel eiwitten.
indeholde
Fisk, ost, og mælk indeholder meget protein.
bezoeken
Een oude vriend bezoekt haar.
besøge
En gammel ven besøger hende.
toelopen
Het meisje loopt naar haar moeder toe.
løbe hen imod
Pigen løber hen imod sin mor.
binnenkomen
Het schip komt de haven binnen.
gå ind
Skibet går ind i havnen.