単語

形容詞を学ぶ – オランダ語

dagelijks
het dagelijkse bad
日常的な
日常的な風呂
illegaal
de illegale drugshandel
違法な
違法な薬物取引
onbekend
de onbekende hacker
未知の
未知のハッカー
vuil
de vuile sportschoenen
汚い
汚いスポーツシューズ
verschillend
verschillende kleurpotloden
異なる
異なる色の鉛筆
besneeuwd
besneeuwde bomen
雪で覆われた
雪に覆われた木々
nutteloos
de nutteloze autospiegel
無用な
無用なカーミラー
diep
diepe sneeuw
深い
深い雪
paars
de paarse bloem
紫色
紫の花
uitstekend
het uitstekende eten
絶品
絶品の料理
dik
een dikke vis
太っている
太った魚
puur
puur water
純粋な
純粋な水