Woordenlijst
Kannada – Werkwoorden oefenen
misgaan
Alles gaat vandaag mis!
noemen
Hoeveel landen kun je noemen?
weerzien
Ze zien elkaar eindelijk weer.
bedanken
Hij bedankte haar met bloemen.
zitten
Ze zit bij de zee tijdens zonsondergang.
bang zijn
Het kind is bang in het donker.
verminderen
Ik moet absoluut mijn stookkosten verminderen.
stappen op
Ik kan met deze voet niet op de grond stappen.
genoeg zijn
Een salade is voor mij genoeg voor de lunch.
herinneren
De computer herinnert me aan mijn afspraken.
toevoegen
Ze voegt wat melk toe aan de koffie.