Testen 41



Datum:
Tijd besteed aan testen::
Score:


Thu Dec 25, 2025

0/10

Klik op een woord
1. Hij spreekt Engels.
2. Zij kijkt naar een film.
3. Waar zijn de glazen?
4. Zie je dat dorp daar?
คุณเห็นหมู่บ้านตรงนั้นไหม / คะ?   See hint
5. Graag nog zout en peper.
ขอเกลือและพริกไทยด้วย / ค่ะ   See hint
6. Hoeveel kost het naar het station?
ไปสถานีราคาเท่าไร / คะ?   See hint
7. Waar zijn de gorilla’s en de zebra’s?
8. Kun je zwemmen?
9. Vandaag maak ik noedelsoep.
10. De koffie is nog heet.