词汇

学习副词 – 荷兰语

te veel
Het werk wordt me te veel.
太多
这工作对我来说太多了。
niet
Ik hou niet van de cactus.
我不喜欢仙人掌。
daar
Ga daarheen, vraag dan opnieuw.
那里
去那里,然后再问一次。
gisteren
Het regende hard gisteren.
昨天
昨天下了大雨。
naar beneden
Hij valt van boven naar beneden.
下来
他从上面掉了下来。
ooit
Heb je ooit al je geld aan aandelen verloren?
曾经
你曾经在股票上损失过所有的钱吗?
ergens
Een konijn heeft zich ergens verstopt.
某处
一只兔子隐藏在某个地方。
iets
Ik zie iets interessants!
一些
我看到了一些有趣的东西!
‘s nachts
De maan schijnt ‘s nachts.
夜晚
夜晚月亮照亮。
alleen
Ik geniet van de avond helemaal alleen.
独自
我独自享受这个夜晚。
daar
Het doel is daar.
那里
目标就在那里。
behoorlijk
Ze is behoorlijk slank.
相当
她相当瘦。