Woordenlijst
Servisch – Werkwoorden oefenen
dragen
De ezel draagt een zware last.
overdoen
De student heeft een jaar overgedaan.
schrijven op
De kunstenaars hebben op de hele muur geschreven.
bevallen
Ze zal binnenkort bevallen.
terugkeren
De vader is teruggekeerd uit de oorlog.
trainen
Professionele atleten moeten elke dag trainen.
verhogen
Het bedrijf heeft zijn omzet verhoogd.
trouwen
Het stel is net getrouwd.
naar huis rijden
Na het winkelen rijden de twee naar huis.
doorkomen
Het water was te hoog; de truck kon er niet doorheen.
instellen
Je moet de klok instellen.