Woordenlijst
Servisch – Werkwoorden oefenen
gebeuren
Vreemde dingen gebeuren in dromen.
voorstellen
De vrouw stelt iets voor aan haar vriendin.
verrassen
Ze verraste haar ouders met een cadeau.
rondspringen
Het kind springt vrolijk in het rond.
toestaan
Men mag depressie niet toestaan.
aanraken
Hij raakte haar teder aan.
bezorgen
Hij bezorgt pizza’s aan huis.
loslaten
Je mag de grip niet loslaten!
vastzitten
Ik zit vast en kan geen uitweg vinden.
hangen
De hangmat hangt aan het plafond.
liggen
De kinderen liggen samen in het gras.