Woordenlijst

Leer werkwoorden – Tsjechisch

cms/verbs-webp/111160283.webp
představovat si
Každý den si představuje něco nového.
voorstellen
Ze stelt zich elke dag iets nieuws voor.
cms/verbs-webp/90309445.webp
konat se
Pohřeb se konal předevčírem.
plaatsvinden
De begrafenis vond eergisteren plaats.
cms/verbs-webp/89635850.webp
vytočit
Vzala telefon a vytočila číslo.
draaien
Ze pakte de telefoon en draaide het nummer.
cms/verbs-webp/79201834.webp
spojit
Tento most spojuje dvě čtvrti.
verbinden
Deze brug verbindt twee wijken.
cms/verbs-webp/118549726.webp
kontrolovat
Zubní lékař kontroluje zuby.
controleren
De tandarts controleert de tanden.
cms/verbs-webp/19351700.webp
poskytnout
Na dovolenou jsou poskytnuty lehátka.
voorzien
Strandstoelen worden voor de vakantiegangers voorzien.
cms/verbs-webp/47802599.webp
preferovat
Mnoho dětí preferuje sladkosti před zdravými věcmi.
verkiezen
Veel kinderen verkiezen snoep boven gezonde dingen.
cms/verbs-webp/118026524.webp
dostávat
Mohu dostávat velmi rychlý internet.
ontvangen
Ik kan zeer snel internet ontvangen.
cms/verbs-webp/109657074.webp
odehnat
Jeden labuť odehání druhou.
wegjagen
De ene zwaan jaagt de andere weg.
cms/verbs-webp/33688289.webp
pustit dovnitř
Nikdy byste neměli pustit dovnitř cizince.
binnenlaten
Men moet nooit vreemden binnenlaten.
cms/verbs-webp/125116470.webp
důvěřovat
Všichni si navzájem důvěřujeme.
vertrouwen
We vertrouwen elkaar allemaal.
cms/verbs-webp/59121211.webp
zvonit
Kdo zazvonil na zvonek?
bellen
Wie heeft er aan de deurbel gebeld?