Woordenlijst
Servisch – Bijwoordenoefening
erg
Het kind is erg hongerig.
meer
Oudere kinderen krijgen meer zakgeld.
‘s ochtends
‘s Ochtends heb ik veel stress op het werk.
al
Het huis is al verkocht.
in
De twee komen binnen.
veel
Ik lees inderdaad veel.
voor
Ze was voorheen dikker dan nu.
‘s morgens
Ik moet vroeg opstaan ‘s morgens.
nergens
Deze sporen leiden naar nergens.
ook
De hond mag ook aan tafel zitten.
bijna
De tank is bijna leeg.