Woordenlijst
Grieks – Bijwoordenoefening
waarom
Kinderen willen weten waarom alles is zoals het is.
genoeg
Ze wil slapen en heeft genoeg van het lawaai.
binnenkort
Hier wordt binnenkort een commercieel gebouw geopend.
altijd
Hier was altijd een meer.
weg
Hij draagt de prooi weg.
naar beneden
Hij valt van boven naar beneden.
half
Het glas is half leeg.
‘s ochtends
‘s Ochtends heb ik veel stress op het werk.
opnieuw
Ze ontmoetten elkaar opnieuw.
erg
Het kind is erg hongerig.
behoorlijk
Ze is behoorlijk slank.