aldri
Gå aldri til sengs med sko på!
nooit
Ga nooit met schoenen aan naar bed!
før
Hun var fetere før enn nå.
voor
Ze was voorheen dikker dan nu.
snart
En forretningsbygning vil snart bli åpnet her.
binnenkort
Hier wordt binnenkort een commercieel gebouw geopend.
nok
Hun vil sove og har fått nok av støyen.
genoeg
Ze wil slapen en heeft genoeg van het lawaai.