Ordforråd

Lær adjektiver – Dutch

slim
het slimme meisje
klok
det kloke jenta
geniaal
een geniale vermomming
genial
ei genial utkledning
vertraagd
het verlate vertrek
forsinket
den forsinkede avgangen
rond
de ronde bal
rund
den runde ballen
Sloveens
de Sloveense hoofdstad
slovensk
den slovenske hovudstaden
gek
de gekke gedachte
sprø
den sprøe tanken
onbegaanbaar
de onbegaanbare weg
ufremkommelig
den ufremkommelige vegen
wekelijks
de wekelijkse vuilnisophaaldienst
ukentlig
den ukentlige søppelhentingen
uitstekend
een uitstekend idee
utmerka
ei utmerka idé
ongebruikelijk
ongebruikelijk weer
uvanleg
uvanleg vêr
bewolkt
de bewolkte hemel
skya
den skya himmelen
zorgvuldig
een zorgvuldige autowasbeurt
nøyaktig
ein nøyaktig bilvask