Woordenlijst

Esperanto – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/63351650.webp
annuleren
De vlucht is geannuleerd.
cms/verbs-webp/63935931.webp
draaien
Ze draait het vlees.
cms/verbs-webp/78309507.webp
uitknippen
De vormen moeten worden uitgeknipt.
cms/verbs-webp/97335541.webp
becommentariëren
Hij becommentarieert elke dag de politiek.
cms/verbs-webp/67035590.webp
springen
Hij sprong in het water.
cms/verbs-webp/120259827.webp
bekritiseren
De baas bekritiseert de werknemer.
cms/verbs-webp/11579442.webp
gooien naar
Ze gooien de bal naar elkaar.
cms/verbs-webp/68779174.webp
vertegenwoordigen
Advocaten vertegenwoordigen hun cliënten in de rechtbank.
cms/verbs-webp/113253386.webp
lukken
Deze keer is het niet gelukt.
cms/verbs-webp/115172580.webp
bewijzen
Hij wil een wiskundige formule bewijzen.
cms/verbs-webp/65199280.webp
achterna rennen
De moeder rent achter haar zoon aan.
cms/verbs-webp/131098316.webp
trouwen
Minderjarigen mogen niet trouwen.