Woordenlijst

Esperanto – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/118064351.webp
vermijden
Hij moet noten vermijden.
cms/verbs-webp/54608740.webp
verwijderen
Onkruid moet verwijderd worden.
cms/verbs-webp/49374196.webp
ontslaan
Mijn baas heeft me ontslagen.
cms/verbs-webp/118826642.webp
uitleggen
Opa legt de wereld uit aan zijn kleinzoon.
cms/verbs-webp/118596482.webp
zoeken
Ik zoek paddenstoelen in de herfst.
cms/verbs-webp/102731114.webp
publiceren
De uitgever heeft veel boeken gepubliceerd.
cms/verbs-webp/80552159.webp
werken
De motorfiets is kapot; hij werkt niet meer.
cms/verbs-webp/95655547.webp
voor laten
Niemand wil hem voor laten gaan bij de kassa van de supermarkt.
cms/verbs-webp/130770778.webp
reizen
Hij reist graag en heeft veel landen gezien.
cms/verbs-webp/115153768.webp
duidelijk zien
Ik kan alles duidelijk zien door mijn nieuwe bril.
cms/verbs-webp/90773403.webp
volgen
Mijn hond volgt me als ik jog.
cms/verbs-webp/122479015.webp
op maat snijden
De stof wordt op maat gesneden.