過ごす
彼女はすべての自由な時間を外で過ごします。
Sugosu
kanojo wa subete no jiyūna jikan o soto de sugoshimasu.
doorbrengen
Ze brengt al haar vrije tijd buiten door.
愛する
彼女は本当に彼女の馬を愛しています。
Aisuru
kanojo wa hontōni kanojo no uma o aishiteimasu.
houden van
Ze houdt echt veel van haar paard.
受け入れる
それは変えられない、受け入れなければならない。
Ukeireru
sore wa kaerarenai, ukeirenakereba naranai.
accepteren
Ik kan dat niet veranderen, ik moet het accepteren.
待つ
彼女はバスを待っています。
Matsu
kanojo wa basu o matteimasu.
wachten
Ze wacht op de bus.