Woordenlijst

Leer werkwoorden – Nynorsk

Han likar å gå i skogen.
wandelen
Hij wandelt graag in het bos.
snakke
Han snakker til publikummet sitt.
spreken
Hij spreekt tot zijn publiek.
motta
Han mottar ein god pensjon i alderdommen.
ontvangen
Hij ontvangt een goed pensioen op oudere leeftijd.
forstå
Eg forstod endeleg oppgåva!
begrijpen
Ik begreep eindelijk de taak!
auke
Firmaet har auka inntektene sine.
verhogen
Het bedrijf heeft zijn omzet verhoogd.
setje opp
Dottera mi vil setje opp leilegheita si.
inrichten
Mijn dochter wil haar appartement inrichten.
stole på
Vi stolar alle på kvarandre.
vertrouwen
We vertrouwen elkaar allemaal.
snu
Du må snu bilen her.
omdraaien
Je moet hier de auto omdraaien.
kjempe
Idrettsutøvarane kjemper mot kvarandre.
vechten
De atleten vechten tegen elkaar.
kopla
Denne brua koplar to nabolag.
verbinden
Deze brug verbindt twee wijken.
sortere
Eg har framleis mange papir å sortere.
sorteren
Ik heb nog veel papieren te sorteren.
innehalde
Fisk, ost, og mjølk inneheld mykje protein.
bevatten
Vis, kaas en melk bevatten veel eiwitten.