Woordenlijst

Grieks – Bijwoordenoefening

cms/adverbs-webp/76773039.webp
te veel
Het werk wordt me te veel.
cms/adverbs-webp/66918252.webp
minstens
De kapper kostte minstens niet veel.
cms/adverbs-webp/132510111.webp
‘s nachts
De maan schijnt ‘s nachts.
cms/adverbs-webp/164633476.webp
opnieuw
Ze ontmoetten elkaar opnieuw.
cms/adverbs-webp/77731267.webp
veel
Ik lees inderdaad veel.
cms/adverbs-webp/176235848.webp
in
De twee komen binnen.
cms/adverbs-webp/138692385.webp
ergens
Een konijn heeft zich ergens verstopt.
cms/adverbs-webp/176427272.webp
naar beneden
Hij valt van boven naar beneden.
cms/adverbs-webp/141168910.webp
daar
Het doel is daar.
cms/adverbs-webp/142768107.webp
nooit
Men moet nooit opgeven.
cms/adverbs-webp/40230258.webp
te veel
Hij heeft altijd te veel gewerkt.
cms/adverbs-webp/121564016.webp
lang
Ik moest lang in de wachtkamer wachten.