Woordenlijst

Leer werkwoorden – Esperanto

plibonigi
Ŝi volas plibonigi sian figuron.
verbeteren
Ze wil haar figuur verbeteren.
reiri
Li ne povas reiri sole.
teruggaan
Hij kan niet alleen teruggaan.
kovri
La akvolilioj kovras la akvon.
bedekken
De waterlelies bedekken het water.
studi
Estas multaj virinoj studantaj ĉe mia universitato.
studeren
Er studeren veel vrouwen aan mijn universiteit.
pensi malsame
Por esti sukcesa, vi foje devas pensi malsame.
out-of-the-box denken
Om succesvol te zijn, moet je soms out-of-the-box denken.
ordigi
Li ŝatas ordigi siajn poŝtmarkojn.
sorteren
Hij sorteert graag zijn postzegels.
krei
Kiu kreis la Teron?
creëren
Wie heeft de aarde gecreëerd?
klarigi
Ŝi klarigas al li kiel la aparato funkcias.
uitleggen
Ze legt hem uit hoe het apparaat werkt.
kunigi
La lingva kurso kunigas studentojn el ĉiuj mondpartoj.
samenbrengen
De taalcursus brengt studenten van over de hele wereld samen.
interkonekti
Ĉiuj landoj sur Tero estas interkonektitaj.
verbonden zijn
Alle landen op aarde zijn met elkaar verbonden.
alporti
La pizolivisto alportas la pizon.
bezorgen
De pizzabezorger bezorgt de pizza.
paroli
La politikisto parolas antaŭ multaj studentoj.
een toespraak houden
De politicus houdt een toespraak voor veel studenten.