Woordenlijst

Pools – Bijwoordenoefening

naar beneden
Hij valt van boven naar beneden.
nu
Moet ik hem nu bellen?
in
Ze springen in het water.
waarom
Kinderen willen weten waarom alles is zoals het is.
bijna
De tank is bijna leeg.
ooit
Heb je ooit al je geld aan aandelen verloren?
bijvoorbeeld
Hoe vind je deze kleur, bijvoorbeeld?
samen
De twee spelen graag samen.