Woordenlijst

Leer werkwoorden – Bosnisch

smanjiti
Štedite novac kada smanjite temperaturu prostorije.
besparen
Je bespaart geld als je de kamertemperatuur verlaagt.
kretati se
Zdravo je puno se kretati.
bewegen
Het is gezond om veel te bewegen.
oslijepiti
Čovjek s bedževima je oslijepio.
blind worden
De man met de badges is blind geworden.
predložiti
Žena predlaže nešto svojoj prijateljici.
voorstellen
De vrouw stelt iets voor aan haar vriendin.
propustiti
Treba li izbjeglice propustiti na granicama?
doorlaten
Moeten vluchtelingen aan de grenzen worden doorgelaten?
parkirati
Bicikli su parkirani ispred kuće.
parkeren
De fietsen staan voor het huis geparkeerd.
komentirati
Svakodnevno komentira politiku.
becommentariëren
Hij becommentarieert elke dag de politiek.
pokrenuti
Dim je pokrenuo alarm.
activeren
De rook activeerde het alarm.
čuvati
Novac čuvam u noćnom ormariću.
bewaren
Ik bewaar mijn geld in mijn nachtkastje.
tražiti
On traži odštetu.
eisen
Hij eist compensatie.
gurati
Auto je stao i morao je biti gurnut.
duwen
De auto stopte en moest geduwd worden.
zaustaviti
Morate se zaustaviti na crveno svjetlo.
stoppen
Je moet stoppen bij het rode licht.