वाक्यांश

hi समुच्चयबोधक अव्यय ३   »   nl Voegwoorden 3

९६ [छियानवे]

समुच्चयबोधक अव्यय ३

समुच्चयबोधक अव्यय ३

96 [zesennegentig]

Voegwoorden 3

पाठ देखने के लिए क्लिक करें   
हिन्दी डच प्ले अधिक
जैसे ही घड़ी का अलारम बजता है, मैं उठता / उठती हूँ Ik-s----p-z-dr--de-wek-er--a-t. Ik sta op zodra de wekker gaat. I- s-a o- z-d-a d- w-k-e- g-a-. ------------------------------- Ik sta op zodra de wekker gaat. 0
जैसे ही मैं पढ़ने लगता / लगती हूँ, मुझे थकान हो जाती है Ik-w-----oe --d---i- -oe---er-n. Ik word moe zodra ik moet leren. I- w-r- m-e z-d-a i- m-e- l-r-n- -------------------------------- Ik word moe zodra ik moet leren. 0
जैसे ही मैं ६० का हो जाऊँगा / जाऊँगी, मैं काम करना बंद कर दूंगा / दूंगी I- h--d ---met -e-k-------- -k--- -e-. Ik houd op met werken zodra ik 60 ben. I- h-u- o- m-t w-r-e- z-d-a i- 6- b-n- -------------------------------------- Ik houd op met werken zodra ik 60 ben. 0
आप कब फोन करेंगे? Wann--r--el- ----? Wanneer belt u op? W-n-e-r b-l- u o-? ------------------ Wanneer belt u op? 0
जैसे ही मुझे कुछ समय मिलेगा Z- --u- ik-e---m-m--t-ti-- heb. Zo gauw ik een moment tijd heb. Z- g-u- i- e-n m-m-n- t-j- h-b- ------------------------------- Zo gauw ik een moment tijd heb. 0
जैसे ही उसे कुछ समय मिलेगा, वह फोन करेगा H-- bel---------a h-- e-- beetje-tijd he-ft. Hij belt op zodra hij een beetje tijd heeft. H-j b-l- o- z-d-a h-j e-n b-e-j- t-j- h-e-t- -------------------------------------------- Hij belt op zodra hij een beetje tijd heeft. 0
आप कब तक काम करेंगे? Ho- l-ng--li-ft u --r-en? Hoe lang blijft u werken? H-e l-n- b-i-f- u w-r-e-? ------------------------- Hoe lang blijft u werken? 0
जब तक मैं काम कर सकता / सकती हूँ, मैं काम करूँगा / करूँगी Ik-b-ijf--e--e--zo lang-i- k--. Ik blijf werken zo lang ik kan. I- b-i-f w-r-e- z- l-n- i- k-n- ------------------------------- Ik blijf werken zo lang ik kan. 0
जब तक मेरी सेहत अच्छी है, मैं काम करूँगा / करूँगी Ik---i---werke- z- -a-------e-ond ben. Ik blijf werken zo lang ik gezond ben. I- b-i-f w-r-e- z- l-n- i- g-z-n- b-n- -------------------------------------- Ik blijf werken zo lang ik gezond ben. 0
वह काम करने के बजाय बिस्तर पर पड़ा है H-j l-g- i--be- i--plaat----n -e w-rke-. Hij ligt in bed in plaats van te werken. H-j l-g- i- b-d i- p-a-t- v-n t- w-r-e-. ---------------------------------------- Hij ligt in bed in plaats van te werken. 0
वह खाना बनाने के बजाय अखबार पढ़ रही है Zij l--s------ra----- --a--s--a- te-k-ke-. Zij leest de krant in plaats van te koken. Z-j l-e-t d- k-a-t i- p-a-t- v-n t- k-k-n- ------------------------------------------ Zij leest de krant in plaats van te koken. 0
वह घर वापस जाने के बजाय मद्यालय में बैठा है H-j-----in-d- k--eg-in plaa---v-- --a- -ui- -----a-. Hij zit in de kroeg in plaats van naar huis te gaan. H-j z-t i- d- k-o-g i- p-a-t- v-n n-a- h-i- t- g-a-. ---------------------------------------------------- Hij zit in de kroeg in plaats van naar huis te gaan. 0
जहाँ तक मुझे पता है, वह यहाँ रहता है V--- z--er--- w-et- -oo-t--ij ---r. Voor zover ik weet, woont hij hier. V-o- z-v-r i- w-e-, w-o-t h-j h-e-. ----------------------------------- Voor zover ik weet, woont hij hier. 0
जहाँ तक मुझे पता है, उसकी पत्नि बीमार है V--r-zo-er -----e-------i-n-vrouw-zie-. Voor zover ik weet, is zijn vrouw ziek. V-o- z-v-r i- w-e-, i- z-j- v-o-w z-e-. --------------------------------------- Voor zover ik weet, is zijn vrouw ziek. 0
जहाँ तक मुझे पता है, वह बेरोज़गार है Voo- zove---k wee-, i- hi- we-k--os. Voor zover ik weet, is hij werkloos. V-o- z-v-r i- w-e-, i- h-j w-r-l-o-. ------------------------------------ Voor zover ik weet, is hij werkloos. 0
मैं सोता / सोती रह गया / गयी, नहीं तो मैं समय पर आ जाता / जाती I---ad m- --rsla-e-- -nder- -as-ik--- t-jd -----s-. Ik had me verslapen, anders was ik op tijd geweest. I- h-d m- v-r-l-p-n- a-d-r- w-s i- o- t-j- g-w-e-t- --------------------------------------------------- Ik had me verslapen, anders was ik op tijd geweest. 0
मेरी बस छूट गयी, नहीं तो मैं समय पर आ जाता / जाती I- ha---e -us gemi-t, ---ers--as ik--t--t-o- tijd--e---st. Ik had de bus gemist, anders was ik stipt op tijd geweest. I- h-d d- b-s g-m-s-, a-d-r- w-s i- s-i-t o- t-j- g-w-e-t- ---------------------------------------------------------- Ik had de bus gemist, anders was ik stipt op tijd geweest. 0
मुझे रास्ता नहीं मिला, नहीं तो मैं समय पर आ जाता / जाती I---on--de --g nie----n-----wa- ---------- g---est. Ik vond de weg niet, anders was ik op tijd geweest. I- v-n- d- w-g n-e-, a-d-r- w-s i- o- t-j- g-w-e-t- --------------------------------------------------- Ik vond de weg niet, anders was ik op tijd geweest. 0

-

- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -