Woordenlijst

Macedonisch – Werkwoorden oefenen

nemen
Ze moet veel medicatie nemen.
beschermen
De moeder beschermt haar kind.
afwassen
Ik hou niet van afwassen.
dansen
Ze dansen verliefd een tango.
weten
De kinderen zijn erg nieuwsgierig en weten al veel.
protesteren
Mensen protesteren tegen onrecht.
serveren
De ober serveert het eten.
belasten
Bedrijven worden op verschillende manieren belast.
bedienen
De chef bedient ons vandaag zelf.
begrijpen
Men kan niet alles over computers begrijpen.
oprapen
We moeten alle appels oprapen.
willen verlaten
Ze wil haar hotel verlaten.