Woordenlijst
Perzisch – Werkwoorden oefenen
bezitten
Ik bezit een rode sportwagen.
een toespraak houden
De politicus houdt een toespraak voor veel studenten.
denken
Ze moet altijd aan hem denken.
verslagen worden
De zwakkere hond wordt verslagen in het gevecht.
uitzetten
Ze zet de wekker uit.
onaangeroerd laten
De natuur werd onaangeroerd gelaten.
luisteren
Hij luistert naar haar.
duwen
Ze duwen de man het water in.
besparen
Je kunt geld besparen op verwarming.
publiceren
Reclame wordt vaak in kranten gepubliceerd.
kletsen
Studenten mogen niet kletsen tijdens de les.