Woordenlijst

Ests – Bijwoordenoefening

iets
Ik zie iets interessants!
‘s morgens
Ik moet vroeg opstaan ‘s morgens.
over
Ze wil de straat oversteken met de scooter.
samen
We leren samen in een kleine groep.
bijna
Ik raakte bijna!
in
De twee komen binnen.
alle
Hier kun je alle vlaggen van de wereld zien.
een beetje
Ik wil een beetje meer.
naar beneden
Hij valt van boven naar beneden.
veel
Ik lees inderdaad veel.
vaak
Tornado‘s worden niet vaak gezien.
te veel
Hij heeft altijd te veel gewerkt.