presque
Il est presque minuit.
bijna
Het is bijna middernacht.
déjà
As-tu déjà perdu tout ton argent en actions?
ooit
Heb je ooit al je geld aan aandelen verloren?
toute la journée
La mère doit travailler toute la journée.
de hele dag
De moeder moet de hele dag werken.
en bas
Il tombe d‘en haut.
naar beneden
Hij valt van boven naar beneden.