Taalgids

nl iets verklaren 2   »   sr нешто образложити 2

76 [zesenzeventig]

iets verklaren 2

iets verklaren 2

76 [седамдесет и шест]

76 [sedamdeset i šest]

нешто образложити 2

[nešto obrazložiti 2]

Kies hoe u de vertaling wilt zien:   
Nederlands Servisch Geluid meer
Waarom ben je niet gekomen? З---о -и-и д-ш-о /--ошла? Зашто ниси дошао / дошла? З-ш-о н-с- д-ш-о / д-ш-а- ------------------------- Зашто ниси дошао / дошла? 0
Z-š-- n-s--doš---/----la? Zašto nisi došao / došla? Z-š-o n-s- d-š-o / d-š-a- ------------------------- Zašto nisi došao / došla?
Ik was ziek. Би----Б--а--ам б-ле------ -о---на. Био / Била сам болестан / болесна. Б-о / Б-л- с-м б-л-с-а- / б-л-с-а- ---------------------------------- Био / Била сам болестан / болесна. 0
B-o---B--a-s-m-b---sta- / -olesna. Bio / Bila sam bolestan / bolesna. B-o / B-l- s-m b-l-s-a- / b-l-s-a- ---------------------------------- Bio / Bila sam bolestan / bolesna.
Ik ben niet gekomen, omdat ik ziek was. Ј- н--ам д-ша-----ош--, -ер -ам --- --л-с-а- /-би---б-л--н-. Ја нисам дошао / дошла, јер сам био болестан / била болесна. Ј- н-с-м д-ш-о / д-ш-а- ј-р с-м б-о б-л-с-а- / б-л- б-л-с-а- ------------------------------------------------------------ Ја нисам дошао / дошла, јер сам био болестан / била болесна. 0
Ja n-s-- došao-/ ----a- --- --m---o -ol--t-n-- b--- b---sna. Ja nisam došao / došla, jer sam bio bolestan / bila bolesna. J- n-s-m d-š-o / d-š-a- j-r s-m b-o b-l-s-a- / b-l- b-l-s-a- ------------------------------------------------------------ Ja nisam došao / došla, jer sam bio bolestan / bila bolesna.
Waarom is ze niet gekomen? За--о -на-ни-----шла? Зашто она није дошла? З-ш-о о-а н-ј- д-ш-а- --------------------- Зашто она није дошла? 0
Zašt--o-a -ij---ošl-? Zašto ona nije došla? Z-š-o o-a n-j- d-š-a- --------------------- Zašto ona nije došla?
Ze was moe. О--------ла -мо--а. Она је била уморна. О-а ј- б-л- у-о-н-. ------------------- Она је била уморна. 0
Ona j- -ila-u--r--. Ona je bila umorna. O-a j- b-l- u-o-n-. ------------------- Ona je bila umorna.
Ze is niet gekomen, omdat ze moe was. Она н-је-д--ла--ј------б----у-ор--. Она није дошла, јер је била уморна. О-а н-ј- д-ш-а- ј-р ј- б-л- у-о-н-. ----------------------------------- Она није дошла, јер је била уморна. 0
O---n-je-d----- je-----b-la-u----a. Ona nije došla, jer je bila umorna. O-a n-j- d-š-a- j-r j- b-l- u-o-n-. ----------------------------------- Ona nije došla, jer je bila umorna.
Waarom is hij niet gekomen? З-ш---о- --је ----о? Зашто он није дошао? З-ш-о о- н-ј- д-ш-о- -------------------- Зашто он није дошао? 0
Z-š---o--n----doš--? Zašto on nije došao? Z-š-o o- n-j- d-š-o- -------------------- Zašto on nije došao?
Hij had geen zin. О---и-е-има--во-е. Он није имао воље. О- н-ј- и-а- в-љ-. ------------------ Он није имао воље. 0
On-nije i------l--. On nije imao volje. O- n-j- i-a- v-l-e- ------------------- On nije imao volje.
Hij is niet gekomen, omdat hij geen zin had. О--н--е---ша-- је- -и-- имао---љ-. Он није дошао, јер није имао воље. О- н-ј- д-ш-о- ј-р н-ј- и-а- в-љ-. ---------------------------------- Он није дошао, јер није имао воље. 0
O----j--d------j---n--e---a--vo--e. On nije došao, jer nije imao volje. O- n-j- d-š-o- j-r n-j- i-a- v-l-e- ----------------------------------- On nije došao, jer nije imao volje.
Waarom zijn jullie niet gekomen? За--о в------е--ошли? Зашто ви нисте дошли? З-ш-о в- н-с-е д-ш-и- --------------------- Зашто ви нисте дошли? 0
Z-----v---i--- do-l-? Zašto vi niste došli? Z-š-o v- n-s-e d-š-i- --------------------- Zašto vi niste došli?
Onze auto is kapot. Н-ш ------е--о-в-р--. Наш ауто је покварен. Н-ш а-т- ј- п-к-а-е-. --------------------- Наш ауто је покварен. 0
Na----t- -----k-ar--. Naš auto je pokvaren. N-š a-t- j- p-k-a-e-. --------------------- Naš auto je pokvaren.
Wij zijn niet gekomen, omdat onze auto kapot is. М- н-см----шли,---р-је-н-----------варе-. Ми нисмо дошли, јер је наш ауто покварен. М- н-с-о д-ш-и- ј-р ј- н-ш а-т- п-к-а-е-. ----------------------------------------- Ми нисмо дошли, јер је наш ауто покварен. 0
M- -i--o-došl-- --r -e naš-a--o -o-va-en. Mi nismo došli, jer je naš auto pokvaren. M- n-s-o d-š-i- j-r j- n-š a-t- p-k-a-e-. ----------------------------------------- Mi nismo došli, jer je naš auto pokvaren.
Waarom zijn die mensen niet gekomen? Заш----у-и-н-су-----и? Зашто људи нису дошли? З-ш-о љ-д- н-с- д-ш-и- ---------------------- Зашто људи нису дошли? 0
Z-što-lj-d- ni-- --š-i? Zašto ljudi nisu došli? Z-š-o l-u-i n-s- d-š-i- ----------------------- Zašto ljudi nisu došli?
Zij hebben de trein gemist. П------и-- су--оз. Пропустили су воз. П-о-у-т-л- с- в-з- ------------------ Пропустили су воз. 0
Pr---s-ili--u-v--. Propustili su voz. P-o-u-t-l- s- v-z- ------------------ Propustili su voz.
Zij zijn niet gekomen, omdat ze de trein gemist hebben. Он--нису-до-ли,-јер-су пропуст-л--во-. Они нису дошли, јер су пропустили воз. О-и н-с- д-ш-и- ј-р с- п-о-у-т-л- в-з- -------------------------------------- Они нису дошли, јер су пропустили воз. 0
O-i---su doš--, -er -u---op-st-l--v--. Oni nisu došli, jer su propustili voz. O-i n-s- d-š-i- j-r s- p-o-u-t-l- v-z- -------------------------------------- Oni nisu došli, jer su propustili voz.
Waarom ben je niet gekomen? З--------н-с--до-ао - до-ла? Зашто ти ниси дошао / дошла? З-ш-о т- н-с- д-ш-о / д-ш-а- ---------------------------- Зашто ти ниси дошао / дошла? 0
Zašto-ti -i-- d--a--- do--a? Zašto ti nisi došao / došla? Z-š-o t- n-s- d-š-o / d-š-a- ---------------------------- Zašto ti nisi došao / došla?
Ik mocht niet. Ја-н--ам-см-о ----ела. Ја нисам смео / смела. Ј- н-с-м с-е- / с-е-а- ---------------------- Ја нисам смео / смела. 0
Ja ni-a--s-e- /------. Ja nisam smeo / smela. J- n-s-m s-e- / s-e-a- ---------------------- Ja nisam smeo / smela.
Ik ben niet gekomen, omdat ik niet mocht. Ја--и-ам д---о - -о---, јер--и--м смео /--м--а. Ја нисам дошао / дошла, јер нисам смео / смела. Ј- н-с-м д-ш-о / д-ш-а- ј-р н-с-м с-е- / с-е-а- ----------------------------------------------- Ја нисам дошао / дошла, јер нисам смео / смела. 0
J- ---a- -oša- /----l-- -e- --s-----eo-----el-. Ja nisam došao / došla, jer nisam smeo / smela. J- n-s-m d-š-o / d-š-a- j-r n-s-m s-e- / s-e-a- ----------------------------------------------- Ja nisam došao / došla, jer nisam smeo / smela.

De inheemse talen in Amerika

In Amerika worden veel verschillende talen gesproken. Het Engels is de belangrijkste taal in Noord-Amerika. In Zuid-Amerika domineren het Spaans en Portugees. Al deze talen kwamen vanuit Europa naar Amerika. Voor de kolonisatie werden er ook andere talen gesproken. Deze talen worden de inheemse talen van Zuid-Amerika genoemd. Ze zijn tot op heden nog niet goed onderzocht. De verscheidenheid aan talen is enorm. Er wordt geschat dat er in Noord-Amerika ongeveer 60 taalfamilies zijn. In Zuid-Amerika kunnen het er zelfs 150 zijn. Daarnaast is er nog een verscheidenheid aan geïsoleerde talen. Al deze talen zijn zeer verschillend. Ze tonen een aantal veel voorkomende structuren. Daarom is het moeilijk de talen te classificeren. Dat ze zo verschillend zijn komt door de geschiedenis van Amerika. Amerika was in verschillende fasen bevolkt. De eerste mensen kwamen meer dan 10.000 jaar geleden naar Amerika. Elke bevolkingsgroep nam hun taal mee naar het continent. De meeste inheemse talen zijn vergelijkbaar met de talen van Azië. De situatie van de oude talen van Amerika is niet overal hetzelfde. In Zuid-Amerika zijn tegenwoordig veel Indiase talen nog levendig. Bijvoorbeeld de talen Quechua of Guaraní spreken miljoenen mensen actief. In Noord-Amerika zijn echter veel talen bijna uitgestorven. De cultuur van de Noord-Amerikaanse indianen waren voor jarenlang onderdrukt geweest. Daardoor zijn ook hun talen verloren gegaan. Sinds enkele decennia is de belangstelling weer aan het toenemen. Er zijn veel programma's die de talen willen standhouden. Ze kunnen nog steeds een toekomst hebben...