Taalgids

nl Gisteren – vandaag – morgen   »   da I går – i dag – i morgen

10 [tien]

Gisteren – vandaag – morgen

Gisteren – vandaag – morgen

10 [ti]

I går – i dag – i morgen

Kies hoe u de vertaling wilt zien:   
Nederlands Deens Geluid meer
Gisteren was het zaterdag. I---- var-d-t ----ag. I går var det lørdag. I g-r v-r d-t l-r-a-. --------------------- I går var det lørdag. 0
Gisteren was ik in de bioscoop. I-går--ar---g --b-og-a-en. I går var jeg i biografen. I g-r v-r j-g i b-o-r-f-n- -------------------------- I går var jeg i biografen. 0
De film was interessant. Fi---n-var---te-e-sa--. Filmen var interessant. F-l-e- v-r i-t-r-s-a-t- ----------------------- Filmen var interessant. 0
Vandaag is het zondag. I---g--- --ndag. I dag er søndag. I d-g e- s-n-a-. ---------------- I dag er søndag. 0
Vandaag werk ik niet. I d-- a--ej--------i-ke. I dag arbejder jeg ikke. I d-g a-b-j-e- j-g i-k-. ------------------------ I dag arbejder jeg ikke. 0
Ik blijf thuis. Je---li--r---em-e. Jeg bliver hjemme. J-g b-i-e- h-e-m-. ------------------ Jeg bliver hjemme. 0
Morgen is het maandag. I-m----n -- d---m----g. I morgen er det mandag. I m-r-e- e- d-t m-n-a-. ----------------------- I morgen er det mandag. 0
Morgen werk ik weer. I--o---n-s--l--eg--å ar-ejde----n. I morgen skal jeg på arbejde igen. I m-r-e- s-a- j-g p- a-b-j-e i-e-. ---------------------------------- I morgen skal jeg på arbejde igen. 0
Ik werk op kantoor. J-g -rb-jde-------nt--. Jeg arbejder på kontor. J-g a-b-j-e- p- k-n-o-. ----------------------- Jeg arbejder på kontor. 0
Wie is dat? H--- -r-de-? Hvem er det? H-e- e- d-t- ------------ Hvem er det? 0
Dat is Peter. Det ---P--e-. Det er Peter. D-t e- P-t-r- ------------- Det er Peter. 0
Peter is student. P---- e--s---er----. Peter er studerende. P-t-r e- s-u-e-e-d-. -------------------- Peter er studerende. 0
Wie is dat? H-em------t? Hvem er det? H-e- e- d-t- ------------ Hvem er det? 0
Dat is Martha. De- -r-M-rt-a. Det er Martha. D-t e- M-r-h-. -------------- Det er Martha. 0
Martha is secretaresse. Martha -r s-kre---. Martha er sekretær. M-r-h- e- s-k-e-æ-. ------------------- Martha er sekretær. 0
Peter en Martha zijn vrienden. Pe--- ----a--h- er --n--r. Peter og Martha er venner. P-t-r o- M-r-h- e- v-n-e-. -------------------------- Peter og Martha er venner. 0
Peter is de vriend van Martha. Pet---er-M-r-h-s ---. Peter er Marthas ven. P-t-r e- M-r-h-s v-n- --------------------- Peter er Marthas ven. 0
Martha is de vriendin van Peter. M-rth---r--e-er- --n-n-e. Martha er Peters veninde. M-r-h- e- P-t-r- v-n-n-e- ------------------------- Martha er Peters veninde. 0

Leren in slaap

Vreemde talen behoren nu tot het algemeen onderwijs. Als het leren nu maar niet zo moeilijk was! Voor degenen die moeite daarmee hebben is er goed nieuws. Omdat we in ons slaap het meest effectief leren! Voor dit resultaat zijn meerder wetenschappelijke onderzoeken geweest. En we kunnen ze gewoon voor het leren van talen gebruiken! In de slaap gaan wij de ervaringen van de afgelopen dag verwerken. Onze hersenen analyseren de nieuwe indrukken. Alles wat we ervaren hebben wordt nog eens goed over nagedacht. Daarmee gaat de nieuwe inhoud in onze hersenen verstevigen. Alles wordt voor het inslapen bijzonder goed opgeslagen. Daarom kan het helpen om belangrijke dingen 's avonds te herhalen. Voor elke leerinhoud is een andere slaapfase verantwoordelijk. De droomslaap ondersteunt het psychomotorische leren. Hiertoe behoren bijvoorbeeld muziek of sport. Het leren van pure kennis gebeurt echter in diepe slaap. Hier wordt alles wat we bij het leren opnemen herhaald. Waaronder woordenschat en grammatica! Als we talen leren moeten onze hersenen veel werken. Het moet nieuwe woorden en nieuwe regels opslaan. Tijdens de slaap wordt alles opnieuw afgespeeld. Onderzoekers noemen dit een herhalingstheorie. Maar het is van groot belang dat u goed slaapt. Lichaam en geest moeten goed rusten. Alleen dan kunnen de hersenen efficiënt werken. Men zou kunnen zeggen: Goed slapen, goed geheugen. Terwijl we ons rusten zijn onze hersenen nog steeds actief ... En dan: Gute Nacht, good night, buona notte, dobrou noc!
Wist je dat?
Het Brits-Engels is een soort Engels dat in Groot-Brittannië wordt gesproken. Het behoort tot de West-Germaanse talen. Voor ongeveer 60 miljoen mensen is het de moedertaal. Op een paar punten zijn er verschillen met het Amerikaans-Engels. Men spreekt dan ook van het Engels als meervoudige taal. Dit betekent dat het een taal is met verschillende standaardvarianten. Afwijkingen kunnen bijvoorbeeld betrekking hebben op de uitspraak, woordenschat en spelling. Brits-Engels is verdeeld in vele dialecten, waarvan sommige zeer verschillend zijn. Voor lange tijd werden dialectsprekers als ongeschoold beschouwd en konden weinig goede beroepen uitoefenen. Dit is tegenwoordig wel anders, ook als dialecten in Groot-Brittannië nog steeds een rol spelen. In het Brits-Engels zijn vele invloeden uit het Frans te vinden. Dit gaat terug tot de verovering van Engeland door de Noormannen in 1066. In de koloniale tijd bracht Groot-Brittannië zijn taal weer naar andere continenten. Zo is het Engels in de afgelopen eeuwen de belangrijkste taal ter wereld geworden... Leer Engels, maar dan wel het origineel!