Taalgids

nl Possessief pronomen 1   »   pa ਸੰਬੰਧਵਾਚਕ ਪੜਨਾਂਵ 1

66 [zesenzestig]

Possessief pronomen 1

Possessief pronomen 1

66 [ਛਿਆਹਠ]

66 [Chi\'āhaṭha]

ਸੰਬੰਧਵਾਚਕ ਪੜਨਾਂਵ 1

[sabadhavācaka paṛanānva 1]

Kies hoe u de vertaling wilt zien:   
Nederlands Punjabi Geluid meer
ik – mijn ਮੈਂ-- ਮੇ-- / ---ੀ --ਮ-ਰੇ ਮ-- – ਮ--- / ਮ--- / ਮ--- ਮ-ਂ – ਮ-ਰ- / ਮ-ਰ- / ਮ-ਰ- ------------------------ ਮੈਂ – ਮੇਰਾ / ਮੇਰੀ / ਮੇਰੇ 0
m-iṁ-–-m-rā/--ē--/ --rē m--- – m---- m---- m--- m-i- – m-r-/ m-r-/ m-r- ----------------------- maiṁ – mērā/ mērī/ mērē
Ik vind mijn sleutel niet. ਮੈਨ-ੰ-ਆਪ-- ਚ-ਬੀ--ਹ----ਿਲ -ਹ--ਹ-। ਮ---- ਆ--- ਚ--- ਨ--- ਮ-- ਰ-- ਹ-- ਮ-ਨ-ੰ ਆ-ਣ- ਚ-ਬ- ਨ-ੀ- ਮ-ਲ ਰ-ੀ ਹ-। -------------------------------- ਮੈਨੂੰ ਆਪਣੀ ਚਾਬੀ ਨਹੀਂ ਮਿਲ ਰਹੀ ਹੈ। 0
m-i-ū-āp-ṇī--ā-ī---hī- -ila r-hī -a-. m---- ā---- c--- n---- m--- r--- h--- m-i-ū ā-a-ī c-b- n-h-ṁ m-l- r-h- h-i- ------------------------------------- mainū āpaṇī cābī nahīṁ mila rahī hai.
Ik vind mijn treinkaartje niet. ਮੈਨੂੰ-ਆ----ਟ--- ਨ-ੀਂ ਮਿਲ--ਹੀ। ਮ---- ਆ--- ਟ--- ਨ--- ਮ-- ਰ--- ਮ-ਨ-ੰ ਆ-ਣ- ਟ-ਕ- ਨ-ੀ- ਮ-ਲ ਰ-ੀ- ----------------------------- ਮੈਨੂੰ ਆਪਣੀ ਟਿਕਟ ਨਹੀਂ ਮਿਲ ਰਹੀ। 0
M--nū-āp--ī ṭ--a-- nahīṁ--i-- r-hī. M---- ā---- ṭ----- n---- m--- r---- M-i-ū ā-a-ī ṭ-k-ṭ- n-h-ṁ m-l- r-h-. ----------------------------------- Mainū āpaṇī ṭikaṭa nahīṁ mila rahī.
jij – jouw / je ਤੂੰ-–--ੇਰ- /-ਤੇਰ- / ਤੇ-ੇ ਤ-- – ਤ--- / ਤ--- / ਤ--- ਤ-ੰ – ਤ-ਰ- / ਤ-ਰ- / ਤ-ਰ- ------------------------ ਤੂੰ – ਤੇਰਾ / ਤੇਰੀ / ਤੇਰੇ 0
Tū --tē--/----ī/ tē-ē T- – t---- t---- t--- T- – t-r-/ t-r-/ t-r- --------------------- Tū – tērā/ tērī/ tērē
Heb je je sleutel gevonden? ਕੀ ਤੈ-ੂੰ ਆ-ਣੀ-ਚ--- ਮ-ਲ-ਗ----? ਕ- ਤ---- ਆ--- ਚ--- ਮ-- ਗ- ਹ-- ਕ- ਤ-ਨ-ੰ ਆ-ਣ- ਚ-ਬ- ਮ-ਲ ਗ- ਹ-? ----------------------------- ਕੀ ਤੈਨੂੰ ਆਪਣੀ ਚਾਬੀ ਮਿਲ ਗਈ ਹੈ? 0
k---ai---āp-ṇ- --bī -il- ---ī -a-? k- t---- ā---- c--- m--- g--- h--- k- t-i-ū ā-a-ī c-b- m-l- g-'- h-i- ---------------------------------- kī tainū āpaṇī cābī mila ga'ī hai?
Heb je je treinkaartje gevonden? ਕ----ਨੂ--ਆ-ਣੀ ---ਟ ਮ-ਲ -ਈ ਹ-? ਕ- ਤ---- ਆ--- ਟ--- ਮ-- ਗ- ਹ-- ਕ- ਤ-ਨ-ੰ ਆ-ਣ- ਟ-ਕ- ਮ-ਲ ਗ- ਹ-? ----------------------------- ਕੀ ਤੈਨੂੰ ਆਪਣੀ ਟਿਕਟ ਮਿਲ ਗਈ ਹੈ? 0
K---a--ū ---ṇ- ṭ-kaṭ- --l- g--ī--a-? K- t---- ā---- ṭ----- m--- g--- h--- K- t-i-ū ā-a-ī ṭ-k-ṭ- m-l- g-'- h-i- ------------------------------------ Kī tainū āpaṇī ṭikaṭa mila ga'ī hai?
hij – zijn ਉ- -------/ ਉ--- ---ਸ-ੇ ਉ- – ਉ--- / ਉ--- / ਉ--- ਉ- – ਉ-ਦ- / ਉ-ਦ- / ਉ-ਦ- ----------------------- ਉਹ – ਉਸਦਾ / ਉਸਦੀ / ਉਸਦੇ 0
Uha-- u----- usad-/-u---ē U-- – u----- u----- u---- U-a – u-a-ā- u-a-ī- u-a-ē ------------------------- Uha – usadā/ usadī/ usadē
Weet je waar zijn sleutel is? ਕ- ਤੈ--ੰ---ਾ--ੈ---ਸਦ- ਚਾ----ਿ--ੇ--ੈ? ਕ- ਤ---- ਪ-- ਹ-- ਉ--- ਚ--- ਕ---- ਹ-- ਕ- ਤ-ਨ-ੰ ਪ-ਾ ਹ-, ਉ-ਦ- ਚ-ਬ- ਕ-ੱ-ੇ ਹ-? ------------------------------------ ਕੀ ਤੈਨੂੰ ਪਤਾ ਹੈ, ਉਸਦੀ ਚਾਬੀ ਕਿੱਥੇ ਹੈ? 0
k- ta-n- patā-h--- --adī cābī -it---h-i? k- t---- p--- h--- u---- c--- k---- h--- k- t-i-ū p-t- h-i- u-a-ī c-b- k-t-ē h-i- ---------------------------------------- kī tainū patā hai, usadī cābī kithē hai?
Weet je waar zijn treinkaartje is? ਕੀ --ਨੂ- ਪ-- ਹੈ- ਉਸ-ੀ-ਟ--- ਕ---ੇ ਹ-? ਕ- ਤ---- ਪ-- ਹ-- ਉ--- ਟ--- ਕ---- ਹ-- ਕ- ਤ-ਨ-ੰ ਪ-ਾ ਹ-, ਉ-ਦ- ਟ-ਕ- ਕ-ੱ-ੇ ਹ-? ------------------------------------ ਕੀ ਤੈਨੂੰ ਪਤਾ ਹੈ, ਉਸਦੀ ਟਿਕਟ ਕਿੱਥੇ ਹੈ? 0
K- ta-nū--atā--ai, ----ī ---aṭ----thē--a-? K- t---- p--- h--- u---- ṭ----- k---- h--- K- t-i-ū p-t- h-i- u-a-ī ṭ-k-ṭ- k-t-ē h-i- ------------------------------------------ Kī tainū patā hai, usadī ṭikaṭa kithē hai?
zij – haar ਉ- –-ਉ--ਾ ---ਸਦੀ-- ਉ--ੇ ਉ- – ਉ--- / ਉ--- / ਉ--- ਉ- – ਉ-ਦ- / ਉ-ਦ- / ਉ-ਦ- ----------------------- ਉਹ – ਉਸਦਾ / ਉਸਦੀ / ਉਸਦੇ 0
Uha-- us-dā/-u-ad---u-adē U-- – u----- u----- u---- U-a – u-a-ā- u-a-ī- u-a-ē ------------------------- Uha – usadā/ usadī/ usadē
Haar geld is weg. ਉਸ-ੇ----- ਚੋਰੀ -- ਗਏ --। ਉ--- ਪ--- ਚ--- ਹ- ਗ- ਹ-- ਉ-ਦ- ਪ-ਸ- ਚ-ਰ- ਹ- ਗ- ਹ-। ------------------------ ਉਸਦੇ ਪੈਸੇ ਚੋਰੀ ਹੋ ਗਏ ਹਨ। 0
u-a-ē--ai-ē cōrī--ō --'---an-. u---- p---- c--- h- g--- h---- u-a-ē p-i-ē c-r- h- g-'- h-n-. ------------------------------ usadē paisē cōrī hō ga'ē hana.
En haar kredietkaart is ook weg. ਅ-ੇ--ਸਦ- ਕ੍ਰੈ-ਿ- --ਰਡ ਵੀ ਚ-ਰ-----ਗ-- -ੈ। ਅ-- ਉ--- ਕ------ ਕ--- ਵ- ਚ--- ਹ- ਗ-- ਹ-- ਅ-ੇ ਉ-ਦ- ਕ-ਰ-ਡ-ਟ ਕ-ਰ- ਵ- ਚ-ਰ- ਹ- ਗ-ਆ ਹ-। ---------------------------------------- ਅਤੇ ਉਸਦਾ ਕ੍ਰੈਡਿਟ ਕਾਰਡ ਵੀ ਚੋਰੀ ਹੋ ਗਿਆ ਹੈ। 0
Atē--s-dā-kr-----------ḍ- v- cōrī -ō----ā ha-. A-- u---- k------- k----- v- c--- h- g--- h--- A-ē u-a-ā k-a-ḍ-ṭ- k-r-ḍ- v- c-r- h- g-'- h-i- ---------------------------------------------- Atē usadā kraiḍiṭa kāraḍa vī cōrī hō gi'ā hai.
wij – ons ਅ-ੀਂ --ਸਾਡ-----ਾ-- / ਸ-ਡੇ ਅ--- – ਸ--- / ਸ--- / ਸ--- ਅ-ੀ- – ਸ-ਡ- / ਸ-ਡ- / ਸ-ਡ- ------------------------- ਅਸੀਂ – ਸਾਡਾ / ਸਾਡੀ / ਸਾਡੇ 0
A--ṁ - sāḍ----ā-ī/----ē A--- – s---- s---- s--- A-ī- – s-ḍ-/ s-ḍ-/ s-ḍ- ----------------------- Asīṁ – sāḍā/ sāḍī/ sāḍē
Onze opa is ziek. ਸ-ਡੇ-ਦਾ---ਜ- ਬ-ਮਾ- ਹ-। ਸ--- ਦ--- ਜ- ਬ---- ਹ-- ਸ-ਡ- ਦ-ਦ- ਜ- ਬ-ਮ-ਰ ਹ-। ---------------------- ਸਾਡੇ ਦਾਦਾ ਜੀ ਬੀਮਾਰ ਹਨ। 0
s-ḍē-d------ b----a h-n-. s--- d--- j- b----- h---- s-ḍ- d-d- j- b-m-r- h-n-. ------------------------- sāḍē dādā jī bīmāra hana.
Onze oma is gezond. ਸ-ਡੀ--ਾ-- ਦੀ -ਿ----------। ਸ--- ਦ--- ਦ- ਸ--- ਚ--- ਹ-- ਸ-ਡ- ਦ-ਦ- ਦ- ਸ-ਹ- ਚ-ਗ- ਹ-। -------------------------- ਸਾਡੀ ਦਾਦੀ ਦੀ ਸਿਹਤ ਚੰਗੀ ਹੈ। 0
S--ī ---ī--ī s-hata-c-----ai. S--- d--- d- s----- c--- h--- S-ḍ- d-d- d- s-h-t- c-g- h-i- ----------------------------- Sāḍī dādī dī sihata cagī hai.
jullie – jullie ਤੁਸ-- ਸਾ-- – ਤ---ਡ- /-----ਡ--- --ਹ-ਡੇ ਤ---- ਸ--- – ਤ----- / ਤ----- / ਤ----- ਤ-ਸ-ਂ ਸ-ਰ- – ਤ-ਹ-ਡ- / ਤ-ਹ-ਡ- / ਤ-ਹ-ਡ- ------------------------------------- ਤੁਸੀਂ ਸਾਰੇ – ਤੁਹਾਡਾ / ਤੁਹਾਡੀ / ਤੁਹਾਡੇ 0
T---- -ā-ē------ā------h--ī- t-h--ē T---- s--- – t------ t------ t----- T-s-ṁ s-r- – t-h-ḍ-/ t-h-ḍ-/ t-h-ḍ- ----------------------------------- Tusīṁ sārē – tuhāḍā/ tuhāḍī/ tuhāḍē
Kinderen, waar is jullie vader? ਬੱ--ਓ- -ੁ--ਡ--ਪ----ਜ------ੇ-ਹ-? ਬ----- ਤ----- ਪ--- ਜ- ਕ---- ਹ-- ਬ-ਚ-ਓ- ਤ-ਹ-ਡ- ਪ-ਤ- ਜ- ਕ-ੱ-ੇ ਹ-? ------------------------------- ਬੱਚਿਓ, ਤੁਹਾਡੇ ਪਿਤਾ ਜੀ ਕਿੱਥੇ ਹਨ? 0
bac---,-t-hāḍ----t--jī ki-h--h--a? b------ t----- p--- j- k---- h---- b-c-'-, t-h-ḍ- p-t- j- k-t-ē h-n-? ---------------------------------- baci'ō, tuhāḍē pitā jī kithē hana?
Kinderen, waar is jullie moeder? ਬ--ਿ------ਾ-ੇ-ਮਾ-- -ੀ ਕਿ-----ਨ? ਬ----- ਤ----- ਮ--- ਜ- ਕ---- ਹ-- ਬ-ਚ-ਓ- ਤ-ਹ-ਡ- ਮ-ਤ- ਜ- ਕ-ੱ-ੇ ਹ-? ------------------------------- ਬੱਚਿਓ, ਤੁਹਾਡੇ ਮਾਤਾ ਜੀ ਕਿੱਥੇ ਹਨ? 0
B----ō- --hā-- ---ā jī-k-t-ē--ana? B------ t----- m--- j- k---- h---- B-c-'-, t-h-ḍ- m-t- j- k-t-ē h-n-? ---------------------------------- Baci'ō, tuhāḍē mātā jī kithē hana?

Creatieve taal

Creativiteit is tegenwoordig een belangrijk kenmerk. Iedereen wil creatief te zijn. Omdat creatieve mensen als intelligent worden beschouwd. Ook onze taal zou creatief moeten zijn. Vroeger werd er geprobeerd om zo nauwkeurig mogelijk te spreken. Tegenwoordig moeten ze in staat zijn om zo creatief mogelijk te spreken. De reclame en de nieuwe media zijn hiervan een voorbeeld. Ze laten zien hoe u met taal kunt spelen. Voor ongeveer 50 jaar neemt de betekenis van creativiteit toe. Zelfs het onderzoek houdt zich bezig met dit fenomeen. Psychologen, pedagogen en filosofen onderzoeken creatieve processen. Creativiteit wordt daarbij gedefinieerd als het vermogen om iets nieuws te creëren. Een creatieve spreker produceert ook nieuwe taalvormen. Het kunnen woorden of grammaticale structuren zijn. Taalkundigen herkennen een creatieve taal wanneer deze gaat veranderen. Maar niet alle mensen begrijpen nieuwe taalelementen. Er is kennis nodig om de creatieve taal te begrijpen. Men moet weten hoe de taal functioneert En de wereld begrijpen waarin de sprekers leven. Alleen dan kan men begrijpen wat ze te zeggen hebben. Een voorbeeld hiervan is de jeugdtaal. Kinderen en jongeren vinden altijd weer nieuwe termen uit. Volwassenen kunnen vaak deze woorden niet begrijpen. Er zijn ondertussen woordenboeken in omloop die de jeugdtaal gaan uitleggen. Maar ze zijn meestal al na één generatie verouderd! Creatieve taal kan echter worden geleerd. Trainers bieden hiervoor verschillende cursussen aan. De belangrijkste regel is altijd: Activeer je innerlijke stem!