Taalgids

nl In het restaurant 2   »   hi रेस्टोरेंट में २

30 [dertig]

In het restaurant 2

In het restaurant 2

३० [तीस]

30 [tees]

रेस्टोरेंट में २

[restorent mein 2]

Kies hoe u de vertaling wilt zien:   
Nederlands Hindi Geluid meer
Een appelsap, alstublieft. कृ--ा ए---ेब-का -----इए क---- ए- स-- क- र- ल--- क-प-ा ए- स-ब क- र- ल-इ- ----------------------- कृपया एक सेब का रस लाइए 0
kr--y- ek -eb k-------a-e k----- e- s-- k- r-- l--- k-p-y- e- s-b k- r-s l-i- ------------------------- krpaya ek seb ka ras laie
Een limonade, alstublieft. कृ-या ए- ---ब- पानी ल--ए क---- ए- न---- प--- ल--- क-प-ा ए- न-ं-ू प-न- ल-इ- ------------------------ कृपया एक नींबू पानी लाइए 0
k--a-- e---eemb-- p----- --ie k----- e- n------ p----- l--- k-p-y- e- n-e-b-o p-a-e- l-i- ----------------------------- krpaya ek neemboo paanee laie
Een tomatensap, alstublieft. क---ा ए- --ाटर का -स -ा-ए क---- ए- ट---- क- र- ल--- क-प-ा ए- ट-ा-र क- र- ल-इ- ------------------------- कृपया एक टमाटर का रस लाइए 0
k-p--a----ta--a--r k--r-s -aie k----- e- t------- k- r-- l--- k-p-y- e- t-m-a-a- k- r-s l-i- ------------------------------ krpaya ek tamaatar ka ras laie
Ik wil graag een glas rode wijn. म-झे-एक -्य-ल--ला--म-्---ा-िए म--- ए- प----- ल-- म--- च---- म-झ- ए- प-य-ल- ल-ल म-्- च-ह-ए ----------------------------- मुझे एक प्याला लाल मद्य चाहिए 0
m-j-- -k-py-ala-l-al m-d- chaa-ie m---- e- p----- l--- m--- c------ m-j-e e- p-a-l- l-a- m-d- c-a-h-e --------------------------------- mujhe ek pyaala laal mady chaahie
Ik wil graag een glas witte wijn. मुझे -क---याल--श--ेत मद्---ाह-ए म--- ए- प----- श---- म--- च---- म-झ- ए- प-य-ल- श-व-त म-्- च-ह-ए ------------------------------- मुझे एक प्याला श्वेत मद्य चाहिए 0
mu--e -- -yaala s--e- ma-y-----hie m---- e- p----- s---- m--- c------ m-j-e e- p-a-l- s-v-t m-d- c-a-h-e ---------------------------------- mujhe ek pyaala shvet mady chaahie
Ik wil graag een fles champagne. मुझे--- बो-ल श--्पे-----िए म--- ए- ब--- श------ च---- म-झ- ए- ब-त- श-म-प-न च-ह-ए -------------------------- मुझे एक बोतल शैम्पेन चाहिए 0
mujhe e- --ta- --ai---n-c---h-e m---- e- b---- s------- c------ m-j-e e- b-t-l s-a-m-e- c-a-h-e ------------------------------- mujhe ek botal shaimpen chaahie
Houd je van vis? क-या आप-ो -छ-ी----छ--लग-ी ह-? क--- आ--- म--- अ---- ल--- ह-- क-य- आ-क- म-ल- अ-्-ी ल-त- ह-? ----------------------------- क्या आपको मछली अच्छी लगती है? 0
kya a--ak- mac-h-l-- a--chhee -ag---e--ai? k-- a----- m-------- a------- l------ h--- k-a a-p-k- m-c-h-l-e a-h-h-e- l-g-t-e h-i- ------------------------------------------ kya aapako machhalee achchhee lagatee hai?
Houd je van rundvlees? क--ा--प---ग-मा-- अ---ा --ता ह-? क--- आ--- ग----- अ---- ल--- ह-- क-य- आ-क- ग-म-ं- अ-्-ा ल-त- ह-? ------------------------------- क्या आपको गोमांस अच्छा लगता है? 0
k-a ---ak- -o-aa-- ac---h-----a-a -ai? k-- a----- g------ a------ l----- h--- k-a a-p-k- g-m-a-s a-h-h-a l-g-t- h-i- -------------------------------------- kya aapako gomaans achchha lagata hai?
Houd je van varkensvlees? क--ा--पक----अर -- --ं---च्-ा लग-ा--ै? क--- आ--- स--- क- म--- अ---- ल--- ह-- क-य- आ-क- स-अ- क- म-ं- अ-्-ा ल-त- ह-? ------------------------------------- क्या आपको सुअर का मांस अच्छा लगता है? 0
kya--a------u-r -a ----s ac-c-ha -a---- --i? k-- a----- s--- k- m---- a------ l----- h--- k-a a-p-k- s-a- k- m-a-s a-h-h-a l-g-t- h-i- -------------------------------------------- kya aapako suar ka maans achchha lagata hai?
Ik wil graag iets zonder vlees. म-----ा---क- --ना--ु--चा-िए म--- म--- क- ब--- क-- च---- म-झ- म-ं- क- ब-न- क-छ च-ह-ए --------------------------- मुझे मांस के बिना कुछ चाहिए 0
m-jhe m------e ---- -uc-- chaa--e m---- m---- k- b--- k---- c------ m-j-e m-a-s k- b-n- k-c-h c-a-h-e --------------------------------- mujhe maans ke bina kuchh chaahie
Ik wil graag een groenteschotel. मुझ-----थ-ल- ---ज-य-- ---िए म--- ए- थ--- स------- च---- म-झ- ए- थ-ल- स-्-ि-ा- च-ह-ए --------------------------- मुझे एक थाली सब्जियाँ चाहिए 0
m---e-----haale---a-ji--a- cha-h-e m---- e- t------ s-------- c------ m-j-e e- t-a-l-e s-b-i-a-n c-a-h-e ---------------------------------- mujhe ek thaalee sabjiyaan chaahie
Ik wil graag iets wat niet lang duurt. मु-े ऐस--क-छ --हि--ज- --याद--समय ---े म--- ऐ-- क-- च---- ज- ज----- स-- न ल- म-झ- ऐ-ा क-छ च-ह-ए ज- ज-य-द- स-य न ल- ------------------------------------- मुझे ऐसा कुछ चाहिए जो ज्यादा समय न ले 0
mujhe a-sa----h- -h-ah---jo jy-ada----ay-na -e m---- a--- k---- c------ j- j----- s---- n- l- m-j-e a-s- k-c-h c-a-h-e j- j-a-d- s-m-y n- l- ---------------------------------------------- mujhe aisa kuchh chaahie jo jyaada samay na le
Wilt u dat met rijst? क्------- साथ--ें--ावल च-हिए? क--- आ--- स-- म-- च--- च----- क-य- आ-क- स-थ म-ं च-व- च-ह-ए- ----------------------------- क्या आपको साथ में चावल चाहिए? 0
k-- a--a-o -aat- --in --a-v-l-c-aahi-? k-- a----- s---- m--- c------ c------- k-a a-p-k- s-a-h m-i- c-a-v-l c-a-h-e- -------------------------------------- kya aapako saath mein chaaval chaahie?
Wilt u dat met pasta? क्-ा--पको-साथ -ें---ड----चा-ि-? क--- आ--- स-- म-- न----- च----- क-य- आ-क- स-थ म-ं न-ड-्- च-ह-ए- ------------------------------- क्या आपको साथ में नूडल्स चाहिए? 0
k-a a-pako -a--- -e-n n----l- chaah-e? k-- a----- s---- m--- n------ c------- k-a a-p-k- s-a-h m-i- n-o-a-s c-a-h-e- -------------------------------------- kya aapako saath mein noodals chaahie?
Wilt u dat met aardappelen? क-य--आ--- सा---ें -लू--ा--ए? क--- आ--- स-- म-- आ-- च----- क-य- आ-क- स-थ म-ं आ-ू च-ह-ए- ---------------------------- क्या आपको साथ में आलू चाहिए? 0
k-- -a--k-----th----n--a-oo chaahi-? k-- a----- s---- m--- a---- c------- k-a a-p-k- s-a-h m-i- a-l-o c-a-h-e- ------------------------------------ kya aapako saath mein aaloo chaahie?
Dit smaakt niet best. म--े--संद-नहीं आ-ा म--- प--- न--- आ-- म-झ- प-ं- न-ी- आ-ा ------------------ मुझे पसंद नहीं आया 0
mujhe -a-a-d n---n--a-a m---- p----- n---- a--- m-j-e p-s-n- n-h-n a-y- ----------------------- mujhe pasand nahin aaya
Het eten is koud. खा-- ठण--- है ख--- ठ---- ह- ख-न- ठ-्-ा ह- ------------- खाना ठण्डा है 0
k----a-t--n-- h-i k----- t----- h-- k-a-n- t-a-d- h-i ----------------- khaana thanda hai
Dit heb ik niet besteld. मैंन- ---न----म---ा---था म---- य- न--- म------ थ- म-ं-े य- न-ी- म-ग-ा-ा थ- ------------------------ मैंने यह नहीं मंगवाया था 0
ma---e --h -ah----angavaa-a---a m----- y-- n---- m--------- t-- m-i-n- y-h n-h-n m-n-a-a-y- t-a ------------------------------- mainne yah nahin mangavaaya tha

Taal en reclame

Reclame is een speciale vorm van communicatie. Het wil contact maken tussen producenten en klanten. Zoals elke vorm van communicatie heeft dit ook een lange geschiedenis. Zelfs in de oudheid werd voor politici of taverne geadverteerd. De taal van de reclame maakt van speciale elementen van de retoriek gebruik. Omdat het een doel heeft, is het dus een geplande communicatie. We moeten ons ervan bewust zijn dat onze belangen gewekt moeten worden. Wij zullen vooral de lust hebben om het product te kopen. De taal van de reclame is dan ook meestal heel eenvoudig. Er worden slechts weinig woorden en simpele slogans gebruikt. Daardoor kan ons geheugen de inhoud goed te onthouden. Bepaalde soorten van woorden zoals bijvoeglijke naamwoorden en superlatieven komen vaak voor. De beschrijving van het product is bijzonder gunstig. Reclame taal wordt vaak als zeer positief gekleurd. Het is interessant om te weten dat de reclame taal altijd door de cultuur wordt beïnvloed. Dit betekent dat de reclametaal ons veel over de samenleving vertelt. Nu domineren in veel landen begrippen als schoonheid en jeugd. Ook de woorden toekomst en veiligheid komen zeer vaak voor. Vooral in de westerse samenlevingen wordt graag het Engels gebruikt. Engels wordt beschouwd als modern en internationaal. Daarmee past het goed bij de technische producten. Elementen van de Romaanse talen staan voor genot en passie. Ze worden vaak voor voedsel of cosmetica gebruikt. Wie een dialect gebruikt, wil waarden als thuis en traditie benadrukken. Namen van producten zijn vaak neologismen, ook wel nieuw opgerichte woorden. Meestal hebben ze geen betekenis en hebben alleen maar een aangenaam geluid. Sommige productnamen kunnen ook carrière maken! De naam van een stofzuiger is zelfs een werkwoord - to hoover !
Wist je dat?
Nederlands behoort tot de groep van de West-Germaanse talen. Dit betekent dat het verwant is met het Duits en Engels. Voor ongeveer 25 miljoen mensen is Nederlands de moedertaal. Het merendeel leeft in Nederland en België. Maar ook in Indonesië en Suriname wordt Nederlands gesproken. De reden hiervoor is dat Nederland vroeger een koloniale macht was. Zo vormde het Nederlands ook de basis van verschillende Creoolse talen. Zelfs het Zuid-Afrikaanse Afrikaans is ontstaan uit het Nederlands. Het is het jongste lid van de Germaanse taalfamilie. Karakteristiek voor het Nederlands zijn de vele woorden uit andere talen. Met name de Franse taal heeft zeer grote invloed. Zelfs woorden uit het Duits werden vaak overgenomen. Sinds enkele decennia komen meer en meer Engelse woorden erin voor. Sommigen vrezen dat het Nederlands in de toekomst verdwijnt.