Taalgids

nl In het restaurant 3   »   el Στο εστιατόριο 3

31 [eenendertig]

In het restaurant 3

In het restaurant 3

31 [τριάντα ένα]

31 [triánta éna]

Στο εστιατόριο 3

[Sto estiatório 3]

Kies hoe u de vertaling wilt zien:   
Nederlands Grieks Geluid meer
Ik wil graag een voorgerecht. Θ- ήθ-λα -ν---ρ--τ-κό. Θ- ή---- έ-- ο-------- Θ- ή-ε-α έ-α ο-ε-τ-κ-. ---------------------- Θα ήθελα ένα ορεκτικό. 0
T-- --he-a---- o-e--ik-. T-- ḗ----- é-- o-------- T-a ḗ-h-l- é-a o-e-t-k-. ------------------------ Tha ḗthela éna orektikó.
Ik wil graag een salade. Θ---θε-- μ-α--α-άτα. Θ- ή---- μ-- σ------ Θ- ή-ε-α μ-α σ-λ-τ-. -------------------- Θα ήθελα μία σαλάτα. 0
Tha --hel----a -alát-. T-- ḗ----- m-- s------ T-a ḗ-h-l- m-a s-l-t-. ---------------------- Tha ḗthela mía saláta.
Ik wil graag soep. Θ- -θ-λ----α ----α. Θ- ή---- μ-- σ----- Θ- ή-ε-α μ-α σ-ύ-α- ------------------- Θα ήθελα μία σούπα. 0
T-----h--a--ía s-ú-a. T-- ḗ----- m-- s----- T-a ḗ-h-l- m-a s-ú-a- --------------------- Tha ḗthela mía soúpa.
Ik wil graag een toetje. Θα-ήθε-α έ-α---ι-ό--ι-. Θ- ή---- έ-- ε--------- Θ- ή-ε-α έ-α ε-ι-ό-π-ο- ----------------------- Θα ήθελα ένα επιδόρπιο. 0
T-- ḗ-he-- -na-ep--ó---o. T-- ḗ----- é-- e--------- T-a ḗ-h-l- é-a e-i-ó-p-o- ------------------------- Tha ḗthela éna epidórpio.
Ik wil graag ijs met slagroom. Θ--ή---α ένα-π-γ-τό με -αντ-γί. Θ- ή---- έ-- π----- μ- σ------- Θ- ή-ε-α έ-α π-γ-τ- μ- σ-ν-ι-ί- ------------------------------- Θα ήθελα ένα παγωτό με σαντιγί. 0
Tha ḗ-h-la---a ---ōtó-me s-nt-gí. T-- ḗ----- é-- p----- m- s------- T-a ḗ-h-l- é-a p-g-t- m- s-n-i-í- --------------------------------- Tha ḗthela éna pagōtó me santigí.
Ik wil graag fruit of kaas. Θ--ή-ε---φρ-ύτ-----υ-ί. Θ- ή---- φ----- ή τ---- Θ- ή-ε-α φ-ο-τ- ή τ-ρ-. ----------------------- Θα ήθελα φρούτα ή τυρί. 0
T----thela--h-o-t- ḗ ty--. T-- ḗ----- p------ ḗ t---- T-a ḗ-h-l- p-r-ú-a ḗ t-r-. -------------------------- Tha ḗthela phroúta ḗ tyrí.
Wij willen graag ontbijten. Θ--θέλ-μ---α-πάρο--ε--ρω--ό. Θ- θ----- ν- π------ π------ Θ- θ-λ-μ- ν- π-ρ-υ-ε π-ω-ν-. ---------------------------- Θα θέλαμε να πάρουμε πρωινό. 0
Th- --él----na---r-----p--in-. T-- t------ n- p------ p------ T-a t-é-a-e n- p-r-u-e p-ō-n-. ------------------------------ Tha thélame na pároume prōinó.
Wij willen graag lunchen. Θ- -έλαμ--να-φάμ- μ---μ--ιανό. Θ- θ----- ν- φ--- μ----------- Θ- θ-λ-μ- ν- φ-μ- μ-σ-μ-ρ-α-ό- ------------------------------ Θα θέλαμε να φάμε μεσημεριανό. 0
T-a -héla-e -a p---e -----e-i---. T-- t------ n- p---- m----------- T-a t-é-a-e n- p-á-e m-s-m-r-a-ó- --------------------------------- Tha thélame na pháme mesēmerianó.
Wij willen graag dineren. Θα -έλα-ε--- φάμ- -----νό. Θ- θ----- ν- φ--- β------- Θ- θ-λ-μ- ν- φ-μ- β-α-ι-ό- -------------------------- Θα θέλαμε να φάμε βραδινό. 0
T-a-t---a-- na -háme-br-din-. T-- t------ n- p---- b------- T-a t-é-a-e n- p-á-e b-a-i-ó- ----------------------------- Tha thélame na pháme bradinó.
Wat wilt u als ontbijt? Τ------έλ--ε ----πρ-ιν-; Τ- θ- θ----- γ-- π------ Τ- θ- θ-λ-τ- γ-α π-ω-ν-; ------------------------ Τι θα θέλατε για πρωινό; 0
T- -ha--h---t--gia pr--nó? T- t-- t------ g-- p------ T- t-a t-é-a-e g-a p-ō-n-? -------------------------- Ti tha thélate gia prōinó?
Broodjes met jam en honing? Ψωμά-ι--μ--μα---λ--α κ---μ--ι; Ψ------ μ- μ-------- κ-- μ---- Ψ-μ-κ-α μ- μ-ρ-ε-ά-α κ-ι μ-λ-; ------------------------------ Ψωμάκια με μαρμελάδα και μέλι; 0
Ps-má-ia-me----m--á-- kai-mé--? P------- m- m-------- k-- m---- P-ō-á-i- m- m-r-e-á-a k-i m-l-? ------------------------------- Psōmákia me marmeláda kai méli?
Toast met worst en kaas? Ψωμ--μ--αλλαν--κ- κ-ι--υ-ί; Ψ--- μ- α-------- κ-- τ---- Ψ-μ- μ- α-λ-ν-ι-ά κ-ι τ-ρ-; --------------------------- Ψωμί με αλλαντικά και τυρί; 0
Ps--- ----ll-ntiká kai --r-? P---- m- a-------- k-- t---- P-ō-í m- a-l-n-i-á k-i t-r-? ---------------------------- Psōmí me allantiká kai tyrí?
Een gekookt ei? Έ-α β--στό---γ-; Έ-- β----- α---- Έ-α β-α-τ- α-γ-; ---------------- Ένα βραστό αυγό; 0
Éna -r-st---u-ó? É-- b----- a---- É-a b-a-t- a-g-? ---------------- Éna brastó augó?
Een spiegelei? Έν---υγό ---ι; Έ-- α--- μ---- Έ-α α-γ- μ-τ-; -------------- Ένα αυγό μάτι; 0
É-- -ug-----i? É-- a--- m---- É-a a-g- m-t-? -------------- Éna augó máti?
Een omelet? Μία-ομ-λ--α; Μ-- ο------- Μ-α ο-ε-έ-α- ------------ Μία ομελέτα; 0
Mía---elé-a? M-- o------- M-a o-e-é-a- ------------ Mía omeléta?
Nog een yoghurt, alstublieft. Α--μη έν--γι--ύ--ι πα-α-α--. Α---- έ-- γ------- π-------- Α-ό-η έ-α γ-α-ύ-τ- π-ρ-κ-λ-. ---------------------------- Ακόμη ένα γιαούρτι παρακαλώ. 0
A--m----a-g-aoú--i-pa-a--lṓ. A---- é-- g------- p-------- A-ó-ē é-a g-a-ú-t- p-r-k-l-. ---------------------------- Akómē éna giaoúrti parakalṓ.
Graag nog zout en peper. Α-όμη λ------ά-ι---ι πιπ--ι --ρ-κ---. Α---- λ--- α---- κ-- π----- π-------- Α-ό-η λ-γ- α-ά-ι κ-ι π-π-ρ- π-ρ-κ-λ-. ------------------------------------- Ακόμη λίγο αλάτι και πιπέρι παρακαλώ. 0
Ak-mē---go -l--- ka- -ipéri--ar---l-. A---- l--- a---- k-- p----- p-------- A-ó-ē l-g- a-á-i k-i p-p-r- p-r-k-l-. ------------------------------------- Akómē lígo aláti kai pipéri parakalṓ.
Nog een glas water, alstublieft. Ακόμη ------τήρ- --ρ-----α--λώ. Α---- έ-- π----- ν--- π-------- Α-ό-η έ-α π-τ-ρ- ν-ρ- π-ρ-κ-λ-. ------------------------------- Ακόμη ένα ποτήρι νερό παρακαλώ. 0
A---ē --------r-----ó-pa---a--. A---- é-- p----- n--- p-------- A-ó-ē é-a p-t-r- n-r- p-r-k-l-. ------------------------------- Akómē éna potḗri neró parakalṓ.

Succesvolle spreken kan men leren!

Spreken is relatief eenvoudig. Succesvol spreken is echter veel moeilijker. De manier van hoe wij het zeggen is namelijk belangrijker dan wat we te zeggen hebben. Dat hebben verschillende onderzoeken aangetoond. Luisteraars besteden onbewust aandacht aan bepaalde kenmerken van sprekers. Op deze manier kunnen we beïnvloeden of onze toespraak goed wordt ontvangen. We moeten gewoon goed opletten als we iets zeggen. Dit gaat ook onze lichaamstaal beïnvloeden. Het moet authentiek zijn en passen aan onze persoonlijkheid. Ook de stem speelt een rol, omdat het altijd gewaardeerd word. Bij mannen is bijvoorbeeld een diepere stem voordelig. Het laat de sprekers zelfverzekerd en vakkundig lijken. Een variatie van de stem heeft echter geen effect. Bijzonder belangrijk is de snelheid tijdens het spreken. In experimenten werd het succes van gesprekken onderzocht. Succesvol spreken betekent dat men anderen kunnen overtuigen. Wie anderen overtuigen wil, moet niet spreken te snel. Het geeft anders de indruk dat ze niet eerlijk zijn. Maar ook te langzaam spreken is ongunstig. Mensen die zeer langzaam spreken geven de indruk van weinig intelligentie. Het is ook beter om op een matige snelheid te spreken. Ideaal is 3,5 woorden per seconde. Ook pauzes zijn bij het spreken van groot belang. De pauzes laat onze taal natuurlijk en geloofwaardig werken. Als gevolg daarvan gaat het publiek ons vertrouwen. 4 of 5 pauzes per minuut is het beste. Probeer het maar eens, het spreken beter gaat controleren! Dan kan ook het volgende interview beginnen...
Wist je dat?
Noors is een Noord-Germaanse taal. Het is de moedertaal van ongeveer 5 miljoen mensen. Het bijzondere van het Noors is dat het uit twee standaardvarianten bestaat: Bokmål en Nynorsk. Dit betekent dat er twee erkende Noorse talen zijn. Beide worden met gelijke rechten in de management, op scholen en in de media gebruikt. Vanwege de uitgestrektheid van het land kon er voor een lange tijd geen standaardtaal gevormd worden. Zo bleven de dialecten behouden en ontwikkelde het onafhankelijk van elkaar. Maar ieder Noor begrijpt alle lokale dialecten en de twee officiële talen. Voor de uitspraak van het Noors zijn geen vaste regels. De reden is dat de twee varianten voornamelijk geschreven worden. Het wordt meestal gesproken een lokaal dialect. Het Noors is zeer vergelijkbaar met de Deense en Zweedse taal. De sprekers van deze talen begrijpen elkaar zonder grote problemen. Noors is ook een zeer interessante taal... En je kunt kiezen welke Noors je wilt leren!