Taalgids

nl iets moeten doen   »   el πρέπει να κάνω κάτι

72 [tweeënzeventig]

iets moeten doen

iets moeten doen

72 [εβδομήντα δύο]

72 [ebdomḗnta dýo]

πρέπει να κάνω κάτι

[prépei na kánō káti]

Kies hoe u de vertaling wilt zien:   
Nederlands Grieks Geluid meer
moeten πρέ-ει π----- π-έ-ε- ------ πρέπει 0
pr-pei p----- p-é-e- ------ prépei
Ik moet de brief versturen. Πρέ--ι -α στε-λ- το---άμ-α. Π----- ν- σ----- τ- γ------ Π-έ-ε- ν- σ-ε-λ- τ- γ-ά-μ-. --------------------------- Πρέπει να στείλω το γράμμα. 0
P-é-e-------e-------g-á---. P----- n- s----- t- g------ P-é-e- n- s-e-l- t- g-á-m-. --------------------------- Prépei na steílō to grámma.
Ik moet het hotel betalen. Π--πε- να----ρ--- -- ξ--οδ-χ--ο. Π----- ν- π------ τ- ξ---------- Π-έ-ε- ν- π-η-ώ-ω τ- ξ-ν-δ-χ-ί-. -------------------------------- Πρέπει να πληρώσω το ξενοδοχείο. 0
P--pei -a ----ṓsō -o-x------he--. P----- n- p------ t- x----------- P-é-e- n- p-ē-ṓ-ō t- x-n-d-c-e-o- --------------------------------- Prépei na plērṓsō to xenodocheío.
Je moet vroeg opstaan. Π--π-- -----κω-ε---νω--ς. Π----- ν- σ------- ν----- Π-έ-ε- ν- σ-κ-θ-ί- ν-ρ-ς- ------------------------- Πρέπει να σηκωθείς νωρίς. 0
Pr-pe-------kōth-ís-n----. P----- n- s-------- n----- P-é-e- n- s-k-t-e-s n-r-s- -------------------------- Prépei na sēkōtheís nōrís.
Je moet veel werken. Π---ει -α-δουλέ---ς-π-λ-. Π----- ν- δ-------- π---- Π-έ-ε- ν- δ-υ-έ-ε-ς π-λ-. ------------------------- Πρέπει να δουλέψεις πολύ. 0
Pré-e--na d--léps--s----ý. P----- n- d--------- p---- P-é-e- n- d-u-é-s-i- p-l-. -------------------------- Prépei na doulépseis polý.
Je moet stipt zijn. Πρ-π-ι -α-ε-σ-ι -τη--ώ-α-σο-. Π----- ν- ε---- σ--- ώ-- σ--- Π-έ-ε- ν- ε-σ-ι σ-η- ώ-α σ-υ- ----------------------------- Πρέπει να είσαι στην ώρα σου. 0
Pr---- n--e---i --ēn--ra---u. P----- n- e---- s--- ṓ-- s--- P-é-e- n- e-s-i s-ē- ṓ-a s-u- ----------------------------- Prépei na eísai stēn ṓra sou.
Hij moet tanken. Πρέ-ε---α βάλει βε-ζ--η. Π----- ν- β---- β------- Π-έ-ε- ν- β-λ-ι β-ν-ί-η- ------------------------ Πρέπει να βάλει βενζίνη. 0
P-épei-na b-l-i benzínē. P----- n- b---- b------- P-é-e- n- b-l-i b-n-í-ē- ------------------------ Prépei na bálei benzínē.
Hij moet de auto repareren. Πρ-π-- -- ε---κευά-ε---ο αυ------το. Π----- ν- ε---------- τ- α---------- Π-έ-ε- ν- ε-ι-κ-υ-σ-ι τ- α-τ-κ-ν-τ-. ------------------------------------ Πρέπει να επισκευάσει το αυτοκίνητο. 0
P------n- -pi-k----ei t----t--í-ēt-. P----- n- e---------- t- a---------- P-é-e- n- e-i-k-u-s-i t- a-t-k-n-t-. ------------------------------------ Prépei na episkeuásei to autokínēto.
Hij moet de auto wassen. Π-έ-ει-να ---νε- -- -υτ-κ-ν-το. Π----- ν- π----- τ- α---------- Π-έ-ε- ν- π-ύ-ε- τ- α-τ-κ-ν-τ-. ------------------------------- Πρέπει να πλύνει το αυτοκίνητο. 0
Prépe--na ----e---- a----ínēto. P----- n- p----- t- a---------- P-é-e- n- p-ý-e- t- a-t-k-n-t-. ------------------------------- Prépei na plýnei to autokínēto.
Zij moet inkopen doen. Πρέπε---------σε-. Π----- ν- ψ------- Π-έ-ε- ν- ψ-ν-σ-ι- ------------------ Πρέπει να ψωνίσει. 0
P-é------ ps-n--ei. P----- n- p-------- P-é-e- n- p-ō-í-e-. ------------------- Prépei na psōnísei.
Zij moet de woning schoonmaken. Π--πει--- κα--ρ-σ-ι -ο--πίτ-. Π----- ν- κ-------- τ- σ----- Π-έ-ε- ν- κ-θ-ρ-σ-ι τ- σ-ί-ι- ----------------------------- Πρέπει να καθαρίσει το σπίτι. 0
P--p---n- k-tha--sei -o-s-íti. P----- n- k--------- t- s----- P-é-e- n- k-t-a-í-e- t- s-í-i- ------------------------------ Prépei na katharísei to spíti.
Zij moet de was doen. Πρ-π---να πλύ-ει --------. Π----- ν- π----- τ- ρ----- Π-έ-ε- ν- π-ύ-ε- τ- ρ-ύ-α- -------------------------- Πρέπει να πλύνει τα ρούχα. 0
Prépei--- plýne- -a----cha. P----- n- p----- t- r------ P-é-e- n- p-ý-e- t- r-ú-h-. --------------------------- Prépei na plýnei ta roúcha.
Wij moeten zo meteen naar school. Πρέ--- να -----α--σω----- σχολείο. Π----- ν- π--- α----- σ-- σ------- Π-έ-ε- ν- π-μ- α-έ-ω- σ-ο σ-ο-ε-ο- ---------------------------------- Πρέπει να πάμε αμέσως στο σχολείο. 0
Pr---- na-p--e -m-sō--st- scholeí-. P----- n- p--- a----- s-- s-------- P-é-e- n- p-m- a-é-ō- s-o s-h-l-í-. ----------------------------------- Prépei na páme amésōs sto scholeío.
Wij moeten zo meteen naar het werk. Πρέ-----α-πάμε--μ-σω- -τη---υ---ά. Π----- ν- π--- α----- σ-- δ------- Π-έ-ε- ν- π-μ- α-έ-ω- σ-η δ-υ-ε-ά- ---------------------------------- Πρέπει να πάμε αμέσως στη δουλειά. 0
Prépe- -a p--e a-------tē-doul---. P----- n- p--- a----- s-- d------- P-é-e- n- p-m- a-é-ō- s-ē d-u-e-á- ---------------------------------- Prépei na páme amésōs stē douleiá.
Wij moeten zo meteen naar de dokter. Πρ---ι ν- πά-- αμέ--- στο για-ρ-. Π----- ν- π--- α----- σ-- γ------ Π-έ-ε- ν- π-μ- α-έ-ω- σ-ο γ-α-ρ-. --------------------------------- Πρέπει να πάμε αμέσως στο γιατρό. 0
Pré-e- ------e-a--sōs-sto-gia-ró. P----- n- p--- a----- s-- g------ P-é-e- n- p-m- a-é-ō- s-o g-a-r-. --------------------------------- Prépei na páme amésōs sto giatró.
Jullie moeten op de bus wachten. Π-έ-ε---- π-ριμέ---- το λ----ρείο. Π----- ν- π--------- τ- λ--------- Π-έ-ε- ν- π-ρ-μ-ν-τ- τ- λ-ω-ο-ε-ο- ---------------------------------- Πρέπει να περιμένετε το λεωφορείο. 0
P-ép---na -er--énete--- --ō--ore--. P----- n- p--------- t- l---------- P-é-e- n- p-r-m-n-t- t- l-ō-h-r-í-. ----------------------------------- Prépei na periménete to leōphoreío.
Jullie moeten op de trein wachten. Πρ-π-ι ν- -ε---ένε-ε το-τ-έ-ο. Π----- ν- π--------- τ- τ----- Π-έ-ε- ν- π-ρ-μ-ν-τ- τ- τ-έ-ο- ------------------------------ Πρέπει να περιμένετε το τρένο. 0
P-é-ei-n--periménete------é-o. P----- n- p--------- t- t----- P-é-e- n- p-r-m-n-t- t- t-é-o- ------------------------------ Prépei na periménete to tréno.
Jullie moeten op de taxi wachten. Π-έπ----α-πε-----ετ- -ο-τα--. Π----- ν- π--------- τ- τ---- Π-έ-ε- ν- π-ρ-μ-ν-τ- τ- τ-ξ-. ----------------------------- Πρέπει να περιμένετε το ταξί. 0
P----i--a-p-r----ete--- -a-í. P----- n- p--------- t- t---- P-é-e- n- p-r-m-n-t- t- t-x-. ----------------------------- Prépei na periménete to taxí.

Waarom zijn er zo veel verschillende talen?

Wereldwijd zijn er meer dan 6000 verschillende talen. Daarom hebben we tolken en vertalers nodig. Heel lang geleden sprak iedereen dezelfde taal. Dat veranderde echter toen mensen begonnen te dwalen. Ze verlieten hun geboorteland Afrika en gingen zich over de aarde verspreiden. Deze ruimtelijke scheiding leidde tot een taalkundige scheiding. Omdat elk volk een eigen vorm van communicatie ontwikkelde. Vanuit het gemeenschappelijke prototaal ontstonden veel verschillende talen. Mensen zijn nooit lang op één plaats gebleven. Zo werden de talen steeds meer van elkaar af gescheiden. Op een gegeven moment kon men geen gemeenschappelijke oorsprong meer herkennen. Ook gingen de mensen niet voor duizenden jaren geïsoleerd leven. Er was altijd contact met andere volkeren. Dit veranderde de talen. Ze namen elementen uit andere talen over of ze gingen zich vermengen. Zo zullen de verdere ontwikkeling van talen nooit stoppen. Dwalen en contacten verklaren zo de verscheidenheid van talen. Waarom talen zo verschillend zijn is echter een andere vraag. Elke evolutie volgt bepaalde regels. Dat de talen zo zijn zoals ze nu zijn moeten ook redenen hebben. Om deze redenen zijn wetenschappers hierin al geruime geïnteresseerd. Ze willen weten waarom talen zich verschillend ontwikkelen. Om dit te onderzoeken, moet men de geschiedenis van talen opsporen. Zo kunnen ze zien wanneer er iets veranderd is. Toch weten ze niet wat de ontwikkeling van talen beïnvloedt. De culturele factoren lijken belangrijker dan de biologische factoren te zijn. Dit betekent dat de geschiedenis van de volkeren hun talen gevormd hebben. Talen kunnen ons schijnbaar meer vertellen als dat we denken...