Taalgids

nl Boodschappen doen   »   el Κάνω ψώνια

51 [eenenvijftig]

Boodschappen doen

Boodschappen doen

51 [πενήντα ένα]

51 [penḗnta éna]

Κάνω ψώνια

[Kánō psṓnia]

Kies hoe u de vertaling wilt zien:   
Nederlands Grieks Geluid meer
Ik wil naar de bibliotheek. Θ-λω να-π-ω---- ---λ--θήκ-. Θ--- ν- π-- σ-- β---------- Θ-λ- ν- π-ω σ-η β-β-ι-θ-κ-. --------------------------- Θέλω να πάω στη βιβλιοθήκη. 0
Th--ō--a-páō ----b-bli--hḗ-ē. T---- n- p-- s-- b----------- T-é-ō n- p-ō s-ē b-b-i-t-ḗ-ē- ----------------------------- Thélō na páō stē bibliothḗkē.
Ik wil naar de boekhandel. Θ-λω -- -ά- -τ---ιβλ--π-λ--ο. Θ--- ν- π-- σ-- β------------ Θ-λ- ν- π-ω σ-ο β-β-ι-π-λ-ί-. ----------------------------- Θέλω να πάω στο βιβλιοπωλείο. 0
Thé-- -a p-----o b-b--opōle-o. T---- n- p-- s-- b------------ T-é-ō n- p-ō s-o b-b-i-p-l-í-. ------------------------------ Thélō na páō sto bibliopōleío.
Ik wil naar de krantenwinkel. Θ-λ- -α--ά- --ο π-----ερ-. Θ--- ν- π-- σ-- π--------- Θ-λ- ν- π-ω σ-ο π-ρ-π-ε-ο- -------------------------- Θέλω να πάω στο περίπτερο. 0
T--l--n--pá- ----------e--. T---- n- p-- s-- p--------- T-é-ō n- p-ō s-o p-r-p-e-o- --------------------------- Thélō na páō sto períptero.
Ik wil een boek lenen. Θ-λω ν- δα---στ--έν- β---ί-. Θ--- ν- δ------- έ-- β------ Θ-λ- ν- δ-ν-ι-τ- έ-α β-β-ί-. ---------------------------- Θέλω να δανειστώ ένα βιβλίο. 0
T-él- -a --ne--tṓ-éna-bib-í-. T---- n- d------- é-- b------ T-é-ō n- d-n-i-t- é-a b-b-í-. ----------------------------- Thélō na daneistṓ éna biblío.
Ik wil een boek kopen. Θέλ--ν--αγο---- έ-α -ι--ίο. Θ--- ν- α------ έ-- β------ Θ-λ- ν- α-ο-ά-ω έ-α β-β-ί-. --------------------------- Θέλω να αγοράσω ένα βιβλίο. 0
T--lō-na ag-r-s---na --b-ío. T---- n- a------ é-- b------ T-é-ō n- a-o-á-ō é-a b-b-í-. ---------------------------- Thélō na agorásō éna biblío.
Ik wil een krant kopen. Θέ-- -α-α-ο--σω---α---η-ε---α. Θ--- ν- α------ μ-- ε--------- Θ-λ- ν- α-ο-ά-ω μ-α ε-η-ε-ί-α- ------------------------------ Θέλω να αγοράσω μία εφημερίδα. 0
T---ō--a-a--r--- m-a-e--ēme--da. T---- n- a------ m-- e---------- T-é-ō n- a-o-á-ō m-a e-h-m-r-d-. -------------------------------- Thélō na agorásō mía ephēmerída.
Ik wil naar de bibliotheek om een boek te lenen. Θ--- ---πάω --η -----οθ-κη-γι--ν- -αν--σ-ώ έ---βιβ---. Θ--- ν- π-- σ-- β--------- γ-- ν- δ------- έ-- β------ Θ-λ- ν- π-ω σ-η β-β-ι-θ-κ- γ-α ν- δ-ν-ι-τ- έ-α β-β-ί-. ------------------------------------------------------ Θέλω να πάω στη βιβλιοθήκη για να δανειστώ ένα βιβλίο. 0
Th--ō-n- --ō --- -ibl-o-hḗ-ē --a n- -an---t--éna b-bl-o. T---- n- p-- s-- b---------- g-- n- d------- é-- b------ T-é-ō n- p-ō s-ē b-b-i-t-ḗ-ē g-a n- d-n-i-t- é-a b-b-í-. -------------------------------------------------------- Thélō na páō stē bibliothḗkē gia na daneistṓ éna biblío.
Ik wil naar de boekhandel om een boek te kopen. Θ--- -- -άω---ο βιβλ-οπωλε---για--- αγ-ρά-ω -ν--β--λ--. Θ--- ν- π-- σ-- β----------- γ-- ν- α------ έ-- β------ Θ-λ- ν- π-ω σ-ο β-β-ι-π-λ-ί- γ-α ν- α-ο-ά-ω έ-α β-β-ί-. ------------------------------------------------------- Θέλω να πάω στο βιβλιοπωλείο για να αγοράσω ένα βιβλίο. 0
T--l--n- -áō st- bibl------ío -ia na--g-rás- én- -i-lí-. T---- n- p-- s-- b----------- g-- n- a------ é-- b------ T-é-ō n- p-ō s-o b-b-i-p-l-í- g-a n- a-o-á-ō é-a b-b-í-. -------------------------------------------------------- Thélō na páō sto bibliopōleío gia na agorásō éna biblío.
Ik wil naar de krantenwinkel om een krant te kopen. Θ-λω-να πά- στο-περίπτερ- για--- α--ρά---μία ε----ρί--. Θ--- ν- π-- σ-- π-------- γ-- ν- α------ μ-- ε--------- Θ-λ- ν- π-ω σ-ο π-ρ-π-ε-ο γ-α ν- α-ο-ά-ω μ-α ε-η-ε-ί-α- ------------------------------------------------------- Θέλω να πάω στο περίπτερο για να αγοράσω μία εφημερίδα. 0
T-élō--- pá--s----e-ípte-- g---n- ago--sō-m-a -p--m-rí--. T---- n- p-- s-- p-------- g-- n- a------ m-- e---------- T-é-ō n- p-ō s-o p-r-p-e-o g-a n- a-o-á-ō m-a e-h-m-r-d-. --------------------------------------------------------- Thélō na páō sto períptero gia na agorásō mía ephēmerída.
Ik wil naar de opticien. Θέλ- -α --ω στο-κα------α-ο--ικ-ν. Θ--- ν- π-- σ-- κ-------- ο------- Θ-λ- ν- π-ω σ-ο κ-τ-σ-η-α ο-τ-κ-ν- ---------------------------------- Θέλω να πάω στο κατάστημα οπτικών. 0
Th-l- n- ------- katá---m--op--k--. T---- n- p-- s-- k-------- o------- T-é-ō n- p-ō s-o k-t-s-ē-a o-t-k-n- ----------------------------------- Thélō na páō sto katástēma optikṓn.
Ik wil naar de supermarkt. Θέλ---α -ά- -το σούπερ μ-----. Θ--- ν- π-- σ-- σ----- μ------ Θ-λ- ν- π-ω σ-ο σ-ύ-ε- μ-ρ-ε-. ------------------------------ Θέλω να πάω στο σούπερ μάρκετ. 0
T--l- na--á- s-- s-úp-- már--t. T---- n- p-- s-- s----- m------ T-é-ō n- p-ō s-o s-ú-e- m-r-e-. ------------------------------- Thélō na páō sto soúper márket.
Ik wil naar de bakker. Θέ-ω ν- ------ο- φ-ύ-νο. Θ--- ν- π-- σ--- φ------ Θ-λ- ν- π-ω σ-ο- φ-ύ-ν-. ------------------------ Θέλω να πάω στον φούρνο. 0
T---- -a p-- s--n -h---no. T---- n- p-- s--- p------- T-é-ō n- p-ō s-o- p-o-r-o- -------------------------- Thélō na páō ston phoúrno.
Ik wil een bril kopen. Θέ-- -α α-ο--σω-έ-α -ευγάρι ---λ-ά. Θ--- ν- α------ έ-- ζ------ γ------ Θ-λ- ν- α-ο-ά-ω έ-α ζ-υ-ά-ι γ-α-ι-. ----------------------------------- Θέλω να αγοράσω ένα ζευγάρι γυαλιά. 0
T-élō na-agorá----------gá-----a-i-. T---- n- a------ é-- z------ g------ T-é-ō n- a-o-á-ō é-a z-u-á-i g-a-i-. ------------------------------------ Thélō na agorásō éna zeugári gyaliá.
Ik wil groenten en fruit kopen. Θ-λ- -α -γο--σω φ-ο--- --ι-λ--αν--ά. Θ--- ν- α------ φ----- κ-- λ-------- Θ-λ- ν- α-ο-ά-ω φ-ο-τ- κ-ι λ-χ-ν-κ-. ------------------------------------ Θέλω να αγοράσω φρούτα και λαχανικά. 0
Thél- na ag-r----phro-ta--a---a--a---á. T---- n- a------ p------ k-- l--------- T-é-ō n- a-o-á-ō p-r-ú-a k-i l-c-a-i-á- --------------------------------------- Thélō na agorásō phroúta kai lachaniká.
Ik wil broodjes en brood kopen. Θ-λ-----αγορ-σω---μά-ια κ---ψ---. Θ--- ν- α------ ψ------ κ-- ψ---- Θ-λ- ν- α-ο-ά-ω ψ-μ-κ-α κ-ι ψ-μ-. --------------------------------- Θέλω να αγοράσω ψωμάκια και ψωμί. 0
Th-lō -- -gor-----s-mák-a -ai ps-mí. T---- n- a------ p------- k-- p----- T-é-ō n- a-o-á-ō p-ō-á-i- k-i p-ō-í- ------------------------------------ Thélō na agorásō psōmákia kai psōmí.
Ik wil naar de opticiën om een bril te kopen. Θ-λω-να --- -το---τ---η-α οπτ-κώ----- --------σω --- ζε-γ-ρ- --α-ι-. Θ--- ν- π-- σ-- κ-------- ο------ γ-- ν- α------ έ-- ζ------ γ------ Θ-λ- ν- π-ω σ-ο κ-τ-σ-η-α ο-τ-κ-ν γ-α ν- α-ο-ά-ω έ-α ζ-υ-ά-ι γ-α-ι-. -------------------------------------------------------------------- Θέλω να πάω στο κατάστημα οπτικών για να αγοράσω ένα ζευγάρι γυαλιά. 0
T-é-ō--- -á--st-----á-tē-- op--kṓn ----n--agorá-- éna zeu---i-----i-. T---- n- p-- s-- k-------- o------ g-- n- a------ é-- z------ g------ T-é-ō n- p-ō s-o k-t-s-ē-a o-t-k-n g-a n- a-o-á-ō é-a z-u-á-i g-a-i-. --------------------------------------------------------------------- Thélō na páō sto katástēma optikṓn gia na agorásō éna zeugári gyaliá.
Ik wil naar de supermarkt om groenten en fruit te kopen. Θέλω-να π---στο--ο---ρ-μ----τ γ----- α-ορ-------ύτ---α------ν--ά. Θ--- ν- π-- σ-- σ----- μ----- γ-- ν- α------ φ----- κ-- λ-------- Θ-λ- ν- π-ω σ-ο σ-ύ-ε- μ-ρ-ε- γ-α ν- α-ο-ά-ω φ-ο-τ- κ-ι λ-χ-ν-κ-. ----------------------------------------------------------------- Θέλω να πάω στο σούπερ μάρκετ για να αγοράσω φρούτα και λαχανικά. 0
Th-lō na pá- s-o soúper márk-- -ia -a---o---ō --roú-a-k-----cha-i--. T---- n- p-- s-- s----- m----- g-- n- a------ p------ k-- l--------- T-é-ō n- p-ō s-o s-ú-e- m-r-e- g-a n- a-o-á-ō p-r-ú-a k-i l-c-a-i-á- -------------------------------------------------------------------- Thélō na páō sto soúper márket gia na agorásō phroúta kai lachaniká.
Ik wil naar de bakker om broodjes en brood te kopen. Θ-λω--α π-- -τ- --------ια--α -γοράσω ψω-άκ-α-κ----ωμ-. Θ--- ν- π-- σ-- φ----- γ-- ν- α------ ψ------ κ-- ψ---- Θ-λ- ν- π-ω σ-ο φ-ύ-ν- γ-α ν- α-ο-ά-ω ψ-μ-κ-α κ-ι ψ-μ-. ------------------------------------------------------- Θέλω να πάω στο φούρνο για να αγοράσω ψωμάκια και ψωμί. 0
Th----n--páō -to----úrn- g---n- --or-s- p-ōmáki- ka--p-ōm-. T---- n- p-- s-- p------ g-- n- a------ p------- k-- p----- T-é-ō n- p-ō s-o p-o-r-o g-a n- a-o-á-ō p-ō-á-i- k-i p-ō-í- ----------------------------------------------------------- Thélō na páō sto phoúrno gia na agorásō psōmákia kai psōmí.

Minderheidstalen binnen Europa

In Europa worden veel verschillende talen gesproken. De meeste van hen zijn Indo-Europese talen. Naast de grote nationale talen zijn er vele kleine talen. Dat zijn minderheidstalen. Minderheidstalen zijn anders dan de officiële talen. Het zijn geen dialecten. Ook de minderheidstalen zijn niet de talen van immigranten. Minderheidstalen zijn altijd als etnische talen bepaald. Dat wil zeggen dat het talen van bepaalde etnische groepen zijn. Europa heeft bijna elk land minderheidstalen. Dat zijn er ongeveer 40 talen in de Europese Unie. Sommige minderheidstalen worden in slechts één land gesproken. Hieronder valt bijvoorbeeld het Sorbisch in Duitsland. Het Romani echter spreken mensen in veel Europese landen. Minderheidstalen hebben een speciale status. Omdat ze door slechts een relatief kleine groep gesproken worden. Deze groepen kunnen zich niet veroorloven om hun eigen scholen op te bouwen. Ook is het voor hun moeilijk een eigen literatuur te publiceren. Vele minderheidstalen zijn dan ook met het uitsterven bedreigd. De Europese Unie wil de minderheidstalen beschermen. Omdat elke taal een belangrijk onderdeel van een cultuur of identiteit is. Sommige landen hebben geen staat en zullen alleen maar als een minderheid bestaan. Verscheidene programma's en projecten willen hun talen bevorderen. Zo zijn ze van plan om de cultuur van kleinere etnische groepen te behouden. Toch zal een aantal minderheidstalen snel verdwijnen. Hieronder valt het Livonisch dat in een provincie van Letland wordt gesproken. Ongeveer 20 personen zijn nog Livonische moedertaalsprekers. Dit is de Liv taal in het kleinste Europa ...
Wist je dat?
Het Urdu behoort tot de familie van de Indo-Iraanse talen. Het wordt in Pakistan en een aantal Indiase deelstaten gesproken. Het Urdu is de moedertaal van ongeveer 60 miljoen mensen. In Pakistan is het de nationale taal. In India wordt het als één van de 22 officiële talen van het land erkend. Met Hindi is Urdu zeer nauw verwant. Kortom, de twee talen zijn slechts twee sociolecten van het Hindoestaans. Dit is in de 13e eeuw ontstaan uit verschillende talen in het noorden van India. Urdu en Hindi worden nu als twee afzonderlijke talen beschouwd. De sprekers van deze talen kunnen gemakkelijk met elkaar communiceren. Wat duidelijk anders is zijn de tekensystemen. Urdu wordt met een variant van het Perzisch-Arabische alfabet geschreven, Hindi niet. Als literaire taal is Urdu van groot belang. Ook in grote filmproducties wordt het zeer vaak gebruikt. Leer Urdu, het is een sleutel tot de cultuur van Zuid-Azië!