Taalgids

nl iets verklaren 2   »   el Αιτιολογώ κάτι 2

76 [zesenzeventig]

iets verklaren 2

iets verklaren 2

76 [εβδομήντα έξι]

76 [ebdomḗnta éxi]

Αιτιολογώ κάτι 2

[Aitiologṓ káti 2]

Kies hoe u de vertaling wilt zien:   
Nederlands Grieks Geluid meer
Waarom ben je niet gekomen? Γι-τί δε---ρθ-ς; Γ---- δ-- ή----- Γ-α-ί δ-ν ή-θ-ς- ---------------- Γιατί δεν ήρθες; 0
Gi-tí---n-ḗr---s? G---- d-- ḗ------ G-a-í d-n ḗ-t-e-? ----------------- Giatí den ḗrthes?
Ik was ziek. Ήμ----ά-ρ--τος-/ άρρ-σ-η. Ή---- ά------- / ά------- Ή-ο-ν ά-ρ-σ-ο- / ά-ρ-σ-η- ------------------------- Ήμουν άρρωστος / άρρωστη. 0
Ḗm------rō--os-- --rōs--. Ḗ---- á------- / á------- Ḗ-o-n á-r-s-o- / á-r-s-ē- ------------------------- Ḗmoun árrōstos / árrōstē.
Ik ben niet gekomen, omdat ik ziek was. Δ---ήρθ----ε-δ--ή-ου--άρρω-τ-ς---άρ-ωστη. Δ-- ή--- ε----- ή---- ά------- / ά------- Δ-ν ή-θ- ε-ε-δ- ή-ο-ν ά-ρ-σ-ο- / ά-ρ-σ-η- ----------------------------------------- Δεν ήρθα επειδή ήμουν άρρωστος / άρρωστη. 0
Den--rtha-e---dḗ ḗ-o-n-á---s--s-- á-r-s-ē. D-- ḗ---- e----- ḗ---- á------- / á------- D-n ḗ-t-a e-e-d- ḗ-o-n á-r-s-o- / á-r-s-ē- ------------------------------------------ Den ḗrtha epeidḗ ḗmoun árrōstos / árrōstē.
Waarom is ze niet gekomen? Γι-τ- δεν --θ-; Γ---- δ-- ή---- Γ-α-ί δ-ν ή-θ-; --------------- Γιατί δεν ήρθε; 0
G-----d------he? G---- d-- ḗ----- G-a-í d-n ḗ-t-e- ---------------- Giatí den ḗrthe?
Ze was moe. Ήτα- κουρασ--νη. Ή--- κ---------- Ή-α- κ-υ-α-μ-ν-. ---------------- Ήταν κουρασμένη. 0
Ḗtan-k-ur------. Ḗ--- k---------- Ḗ-a- k-u-a-m-n-. ---------------- Ḗtan kourasménē.
Ze is niet gekomen, omdat ze moe was. Δ-- ήρ-ε --ειδή-ή-αν--ο-ρ-σ-έ-η. Δ-- ή--- ε----- ή--- κ---------- Δ-ν ή-θ- ε-ε-δ- ή-α- κ-υ-α-μ-ν-. -------------------------------- Δεν ήρθε επειδή ήταν κουρασμένη. 0
D-n-ḗrt----pe--- ḗ----ko---s---ē. D-- ḗ---- e----- ḗ--- k---------- D-n ḗ-t-e e-e-d- ḗ-a- k-u-a-m-n-. --------------------------------- Den ḗrthe epeidḗ ḗtan kourasménē.
Waarom is hij niet gekomen? Γιατ- -εν--ρ-ε; Γ---- δ-- ή---- Γ-α-ί δ-ν ή-θ-; --------------- Γιατί δεν ήρθε; 0
G--t--den-ḗrthe? G---- d-- ḗ----- G-a-í d-n ḗ-t-e- ---------------- Giatí den ḗrthe?
Hij had geen zin. Δ----ίχε--έφ----διά-ε-η. Δ-- ε--- κ--- / δ------- Δ-ν ε-χ- κ-φ- / δ-ά-ε-η- ------------------------ Δεν είχε κέφι / διάθεση. 0
D-n---c-e kép-i ---iá---sē. D-- e---- k---- / d-------- D-n e-c-e k-p-i / d-á-h-s-. --------------------------- Den eíche képhi / diáthesē.
Hij is niet gekomen, omdat hij geen zin had. Δ-ν-ήρθε -π-ιδ--δ----ίχε---φι / δ--θ-σ-. Δ-- ή--- ε----- δ-- ε--- κ--- / δ------- Δ-ν ή-θ- ε-ε-δ- δ-ν ε-χ- κ-φ- / δ-ά-ε-η- ---------------------------------------- Δεν ήρθε επειδή δεν είχε κέφι / διάθεση. 0
D---ḗr-h- ep-i---d---eí--e-k--hi-/-d--t---ē. D-- ḗ---- e----- d-- e---- k---- / d-------- D-n ḗ-t-e e-e-d- d-n e-c-e k-p-i / d-á-h-s-. -------------------------------------------- Den ḗrthe epeidḗ den eíche képhi / diáthesē.
Waarom zijn jullie niet gekomen? Γ--τ- --ν ήρ-ατε; Γ---- δ-- ή------ Γ-α-ί δ-ν ή-θ-τ-; ----------------- Γιατί δεν ήρθατε; 0
G-at--de-----h--e? G---- d-- ḗ------- G-a-í d-n ḗ-t-a-e- ------------------ Giatí den ḗrthate?
Onze auto is kapot. Χάλασε--ο-α-----ν----μ-ς. Χ----- τ- α--------- μ--- Χ-λ-σ- τ- α-τ-κ-ν-τ- μ-ς- ------------------------- Χάλασε το αυτοκίνητό μας. 0
Ch----e--o ----kí---ó-ma-. C------ t- a--------- m--- C-á-a-e t- a-t-k-n-t- m-s- -------------------------- Chálase to autokínētó mas.
Wij zijn niet gekomen, omdat onze auto kapot is. Δεν ήρθαμε-ε-ε--ή χ--α-- το----ο--νη-ό--α-. Δ-- ή----- ε----- χ----- τ- α--------- μ--- Δ-ν ή-θ-μ- ε-ε-δ- χ-λ-σ- τ- α-τ-κ-ν-τ- μ-ς- ------------------------------------------- Δεν ήρθαμε επειδή χάλασε το αυτοκίνητό μας. 0
Den-ḗr-ha-e-----dḗ-ch---s--t--a-t---nē-- mas. D-- ḗ------ e----- c------ t- a--------- m--- D-n ḗ-t-a-e e-e-d- c-á-a-e t- a-t-k-n-t- m-s- --------------------------------------------- Den ḗrthame epeidḗ chálase to autokínētó mas.
Waarom zijn die mensen niet gekomen? Γ--τί-δ-ν---θε-ο κόσμ--; Γ---- δ-- ή--- ο κ------ Γ-α-ί δ-ν ή-θ- ο κ-σ-ο-; ------------------------ Γιατί δεν ήρθε ο κόσμος; 0
Giatí--e- ḗ---e o---s--s? G---- d-- ḗ---- o k------ G-a-í d-n ḗ-t-e o k-s-o-? ------------------------- Giatí den ḗrthe o kósmos?
Zij hebben de trein gemist. Έ-ασα--το---έν-. Έ----- τ- τ----- Έ-α-α- τ- τ-έ-ο- ---------------- Έχασαν το τρένο. 0
Éc-a-an -o--r--o. É------ t- t----- É-h-s-n t- t-é-o- ----------------- Échasan to tréno.
Zij zijn niet gekomen, omdat ze de trein gemist hebben. Δ-ν-ή-θαν---ει-ή --ασαν-το τ-έ-ο. Δ-- ή---- ε----- έ----- τ- τ----- Δ-ν ή-θ-ν ε-ε-δ- έ-α-α- τ- τ-έ-ο- --------------------------------- Δεν ήρθαν επειδή έχασαν το τρένο. 0
D-n -rth-n--pe--ḗ -c----n -o--rén-. D-- ḗ----- e----- é------ t- t----- D-n ḗ-t-a- e-e-d- é-h-s-n t- t-é-o- ----------------------------------- Den ḗrthan epeidḗ échasan to tréno.
Waarom ben je niet gekomen? Γι--ί------ρ---; Γ---- δ-- ή----- Γ-α-ί δ-ν ή-θ-ς- ---------------- Γιατί δεν ήρθες; 0
Gia-í-----ḗrt-e-? G---- d-- ḗ------ G-a-í d-n ḗ-t-e-? ----------------- Giatí den ḗrthes?
Ik mocht niet. Δε--ε---ρε-----. Δ-- ε----------- Δ-ν ε-ι-ρ-π-τ-ν- ---------------- Δεν επιτρεπόταν. 0
D-- -p-tre-ót--. D-- e----------- D-n e-i-r-p-t-n- ---------------- Den epitrepótan.
Ik ben niet gekomen, omdat ik niet mocht. Δε--ήρ-α-επ---ή-------ιτρ---τα-. Δ-- ή--- ε----- δ-- ε----------- Δ-ν ή-θ- ε-ε-δ- δ-ν ε-ι-ρ-π-τ-ν- -------------------------------- Δεν ήρθα επειδή δεν επιτρεπόταν. 0
De--ḗ--ha e-e-dḗ---- --i-re-----. D-- ḗ---- e----- d-- e----------- D-n ḗ-t-a e-e-d- d-n e-i-r-p-t-n- --------------------------------- Den ḗrtha epeidḗ den epitrepótan.

De inheemse talen in Amerika

In Amerika worden veel verschillende talen gesproken. Het Engels is de belangrijkste taal in Noord-Amerika. In Zuid-Amerika domineren het Spaans en Portugees. Al deze talen kwamen vanuit Europa naar Amerika. Voor de kolonisatie werden er ook andere talen gesproken. Deze talen worden de inheemse talen van Zuid-Amerika genoemd. Ze zijn tot op heden nog niet goed onderzocht. De verscheidenheid aan talen is enorm. Er wordt geschat dat er in Noord-Amerika ongeveer 60 taalfamilies zijn. In Zuid-Amerika kunnen het er zelfs 150 zijn. Daarnaast is er nog een verscheidenheid aan geïsoleerde talen. Al deze talen zijn zeer verschillend. Ze tonen een aantal veel voorkomende structuren. Daarom is het moeilijk de talen te classificeren. Dat ze zo verschillend zijn komt door de geschiedenis van Amerika. Amerika was in verschillende fasen bevolkt. De eerste mensen kwamen meer dan 10.000 jaar geleden naar Amerika. Elke bevolkingsgroep nam hun taal mee naar het continent. De meeste inheemse talen zijn vergelijkbaar met de talen van Azië. De situatie van de oude talen van Amerika is niet overal hetzelfde. In Zuid-Amerika zijn tegenwoordig veel Indiase talen nog levendig. Bijvoorbeeld de talen Quechua of Guaraní spreken miljoenen mensen actief. In Noord-Amerika zijn echter veel talen bijna uitgestorven. De cultuur van de Noord-Amerikaanse indianen waren voor jarenlang onderdrukt geweest. Daardoor zijn ook hun talen verloren gegaan. Sinds enkele decennia is de belangstelling weer aan het toenemen. Er zijn veel programma's die de talen willen standhouden. Ze kunnen nog steeds een toekomst hebben...